Jaarverslag - Paragrafen

Jaarverslag - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

Terug naar navigatie - Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen

De gemeente Nunspeet is qua oppervlakte uitgestrekt (ruim 12.500 ha) en een groot deel hiervan is bij de gemeente als openbare ruimte in beheer. Veel activiteiten vinden plaats zoals wonen, werken en recreëren. Voor de activiteiten zijn veel kapitaalgoederen nodig: wegen, riolering, verlichting, openbaar groen, gebouwen en bossen. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan zijn bepalend voor het voorzieningenniveau en uiteraard de (jaarlijkse) lasten.

Het beleid van de gemeente Nunspeet voor het onderhoud van de kapitaalgoederen is onder meer opgenomen in de nota’s:

  • ‘Beleids- en beheerplan Water en Riolering’(2023-2025);
  • Afvalwaterketenplan (2023-2025);
  • ‘Beleids- en beheerplan wegen’ (2014);
  • ‘Beleids- en beheerplan gemeentelijke gebouwen’ (2014);
  • ‘Beleidsplan openbare verlichting’ (2022-2030);
  • ‘Bestemming en beheer van de bossen gemeente Nunspeet’;
  • ‘Groenbeleid- en beheerplan’ (2019-2029);
  • ‘Beheerplan heideterreinen gemeente Nunspeet’ (2011).

Waterbeheer

Terug naar navigatie - Waterbeheer

Het Beleids- en beheerplan Water en Riolering is het resultaat van een planproces met de gemeente Elburg en het waterschap Vallei en Veluwe en omvat o.a. de aan de riolering te stellen doelen, de maatregelen om deze doelen te bereiken en de daarvoor in te zetten middelen. Het Afvalwaterketenplan is opgesteld voor de periode 2023-2025. Het onderhoud en het doen van nieuwe investeringen alsmede de verbetermaatregelen worden overeenkomstig de kaders van het Beleids- en beheerplan Water en Riolering uitgevoerd.

Onderhoudsbudget rioleringen
Voor het onderhoud/overige werkzaamheden aan rioleringen was binnen de begroting 2023 een budget beschikbaar van € 819.000,-. De werkelijke kosten hebben € 781.000,- bedragen. 

Wegenbeheer

Terug naar navigatie - Wegenbeheer

In 2014 is een geactualiseerd beleids- en beheerplan wegen opgesteld voor de periode 2014-2018. In het plan wordt onder meer aangegeven dat het gemiddelde onderhoudsniveau in de gemeente Nunspeet redelijk tot goed te noemen is. Om dit niveau te handhaven dan wel te verbeteren, is een aanzienlijk onderhoudsbudget, voor met name groot onderhoud asfaltverhardingen, nodig. De financiële gevolgen van het Wegenplan zijn vanaf 2015 verwerkt in de begroting.

Tweejaarlijks worden de wegen door derden geïnspecteerd om een zuiver beeld te krijgen van de staat van onderhoud. De andere jaren vindt inspectie plaats door eigen medewerkers. De inspectiegegevens worden telkens toegevoegd aan het wegenbeheersysteem en op basis daarvan worden uitvoeringsmaatregelen voorgesteld. De uitvoeringsmaatregelen worden getoetst aan de praktijk (kan onderhoud van een weg nog worden uitgesteld ten gunste van een andere weg?) en op basis van deze toets wordt het noodzakelijke onderhoud uitgevoerd. Op deze wijze wordt dus niet puur theoretisch onderhoud gepland maar op een efficiënte wijze gewerkt.

Onderhoudsbudget wegen
Voor het onderhoud aan wegen is binnen de begroting 2023 (inclusief overheveling van begroting 2022) een budget beschikbaar van € 1.626.340 ,-. De werkelijke kosten bedroegen € 1.673.106,-. De planning is dat in 2024 een nieuw beleids- en beheerplan Wegen wordt opgesteld.

Openbaar groen

Terug naar navigatie - Openbaar groen

Groenbeleidsplan 2019-2029

Het groenbeleidsplan 2019-2029 is in oktober 2019 vastgesteld voor beheer en onderhoud van openbaar groen in de gemeente Nunspeet.  Het onderhoud van het openbaar groen wordt zowel door derden als in eigen beheer uitgevoerd. De door derden uit te voeren werken zijn opgenomen in zes onderhoudsbestekken. Het huidige onderhoudsniveau is, gelet op het beschikbare budget, redelijk tot goed.

Openbare verlichting

Terug naar navigatie - Openbare verlichting

Het Beleidsplan openbare verlichting (2022-2030) is in 2022 door de raad vastgesteld. Het vervangingsschema maakt hier deel van uit en geeft aan welke vervanging er in een bepaald jaar moet plaatsvinden. De gemeente Nunspeet telt momenteel ruim 4.800 lichtmasten van diverse typen, kwaliteit en leeftijd.

Afhankelijk van de wegfunctie wordt gekozen voor een verlichtingsniveau gerelateerd aan minimaal de normen van de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde. Deze richtlijnen worden door de meeste gemeenten en nutsbedrijven gehanteerd. Het vervangen van verouderde armaturen en lichtmasten wordt de komende jaren verder voortgezet. In het Beleidsplan openbare verlichting is in het kader van energie- en onderhoudskostenbesparing een zo neutraal mogelijk lichtniveau aangehouden met gebruikmaking van de meest efficiënte verlichtingsmiddelen. Hierbij worden verkeersveiligheid, openbare orde, sociale beleving en de woon- en leefbaarheid gewaarborgd. In het kader van de financiële heroverwegingen is rekening gehouden met de verwachte besparingen door gebruik van duurzame producten.  De komende jaren tot 2030 wordt ingestoken op de vervanging van alle (oudere) conventionele armaturen door energiezuinige led-armaturen.

Onderhoudsbudget openbare verlichting
Voor het onderhoud aan straatverlichting was binnen de begroting 2023 een budget beschikbaar van € 435.656,-. De werkelijke kosten bedroegen € 315.687,-.

Bossen en natuurterreinen

Terug naar navigatie - Bossen en natuurterreinen

De gemeente Nunspeet heeft een groot areaal aan bos- en natuurterreinen (circa 3.200 ha). Het beheer en onderhoud ervan vergt een grote inspanning. Sinds 2002 is voor het bosbeheer het FSC-certificaat (Forest Stewardship Council) verkregen. De onderhoudswerkzaamheden worden overeenkomstig de voorwaarden hieruit uitgevoerd. In 2011 is het Beheerplan heideterreinen 2011-2021 vastgesteld.

Jaarlijks wordt circa 5.000 m3 hout uit de gemeentelijke bossen middels aanbesteding verkocht aan houthandelaren, die zelf zorg dragen voor het oogsten en verwijderen van dit hout.

Gebouwen

Terug naar navigatie - Gebouwen

In 2014 is het Beleids- en beheerplan gemeentelijke gebouwen door de raad vastgesteld. Een onderdeel hiervan is het meerjarenonderhoudsplan dat jaarlijks wordt bijgesteld en de basis vormt voor het bepalen van de onderhoudsbudgetten. Naast adequaat onderhoud is het aspect veiligheid van groot belang. Veiligheid is een blijvend punt van aandacht. In de komende tijd wordt ingezet (uit financiële motieven en ter reducering van de milieubelasting) om de energieverbruiken verder omlaag te brengen door het uitvoeren van energiebesparende maatregelen.

Jaarverslag - Paragraaf Weerstandsvermogen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Om inzicht te verschaffen in de robuustheid van de begroting van de gemeente bepaalt artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dat in de paragraaf weerstandsvermogen een relatie wordt gelegd tussen de gemeentelijke weerstandscapaciteit en de risico’s.

Weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit

De weerstandscapaciteit bestaat uit de aanwezige middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwacht en aanzienlijk zijn, af te dekken. Weerstandsvermogen is dat deel van de weerstandscapaciteit dat niet nodig is voor afdekking van alle risico’s ofwel:

Weerstandsvermogen is weerstandscapaciteit minus totaal van alle risico’s.

De omvang van de weerstandscapaciteit is van belang voor de beoordeling van de financiële positie van de gemeente. De weerstandscapaciteit omvat de mogelijkheden voor een gemeente om financiële tegenvallers (risico’s) op te kunnen vangen.

Er kan onderscheid gemaakt worden tussen structurele en incidentele weerstandscapaciteit. Met het eerste worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de programma’s. Met de incidentele weerstandscapaciteit wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het geldende niveau.

Gemeente Nunspeet gebruikt in eerste instantie de incidentele weerstandscapaciteit om zowel incidentele als structurele tegenvallers te dekken. Mochten zich gedurende een jaar structurele tegenvallers voordoen, zonder dat daar meevallers tegenover staan, dan mogen deze eerst incidenteel worden afgedekt door middel van incidentele weerstandscapaciteit. Vervolgens zal hiervoor bij de eerstvolgende begroting structurele dekking gezocht worden. Lukt dit niet dan wordt de structurele weerstandscapaciteit als dekkingsmiddel ingezet.

Structurele weerstandscapaciteit

De structurele weerstandscapaciteit bestaat uit:

  1. Onvoorziene uitgaven structureel.
  2. Onbenutte belastingcapaciteit.

Incidentele weerstandscapaciteit

De incidentele weerstandscapaciteit bestaat uit:

  1. Het vrije deel van de algemene reserve
  2. De bestemmingsreserves.
  3. Stille reserves (gesteld op nihil).
  4. Onvoorzienbare uitgaven incidenteel.

Ad 1 Onvoorziene uitgaven

Artikel 8 (lid 1 en lid 6) van het BBV verplicht iedere gemeente een bedrag voor onvoorziene uitgaven op te nemen in de begroting. De post onvoorzien is een buffer voor externe onvoorzienbare tegenvallers. Deze dekt uitgaven die voldoen aan de drie “O’s” (Onvoorzien, Onvermijdbaar en Onuitstelbaar). Er is een bedrag geraamd van € 90.000,- Dit bedrag wordt gesplitst in onvoorzienbare uitgaven incidenteel € 64.000,- en onvoorzienbare uitgaven structureel € 26.000,-. Per ultimo boekjaar resteert van de onvoorziene uitgaven incidenteel € 19.791,- en van de onvoorziene uitgaven structureel € 12.000,-.

Ad 2 Onbenutte belastingcapaciteit

De onbenutte belastingcapaciteit is de verhouding tussen de opbrengst onroerendezaakbelastingen (OZB) versus het normtarief OZB-artikel 12 van de Financiële verhoudingswet (Fvw). Wanneer de algemene middelen van de gemeente aanmerkelijk en structureel tekort zullen schieten om in noodzakelijke behoeften te voorzien, kan een aanvullende uitkering worden aangevraagd. De Fvw bepaalt dat de eigen inkomsten van een gemeente een bepaald redelijk peil moeten hebben, wil zij in aanmerking komen voor een aanvullende uitkering op basis van artikel 12 Fvw. Daarbij gaat het om de eigen inkomsten uit:

1. de onroerendezaakbelastingen (OZB);

2. de rioolheffingen;

3. de afvalstoffenheffingen en reinigingsrechten

Voor 2023 is het percentage van de WOZ-waarde voor toelating tot artikel 12 vastgesteld op 0,1729.

       

      Onroerende zaakbelastingen                
 

             
 

Woz-waarde 2023

 

x € 1.000,- x € 1.000,-      
  Woningen 4.805.989        
  Niet-woningen eigenaar 594.005        
  correctie niet woning zonder vrijstelling
-68.069        
  Totaal 5.331.925        
  Tarief artikel 12 Financiële verhoudingswetg: 0,1729%   9.219      
  Baten jaarrekening 2022   6.575      
  Onbenut (uitgaande van netto baten)   2.644      
             

              
  
                

        
 

Ad 3 Het vrije deel van de algemene reserve, de vrije reserve en de bestemmingsreserve

Algemene reserve

De doelstelling van de algemene reserve is het tijdelijk opvangen van negatieve exploitatieresultaten en van onvoorziene ontwikkelingen waarvoor geen voorziening is getroffen. Per 31 december 2023 wordt er vanuit het rekeningsaldo 

€ 13.497.000,-- toegevoegd aan de algemene reserve. Een bedrag van € 4.755.000,-- is vanuit de overhevelingen toegevoegd.

Ad 4 De bestemmingsreserves

Bestemmingsreserves kunnen worden verdeeld in geblokkeerde of beklemde reserves en overige bestemmingsreserves. Onder geblokkeerde of beklemde reserves verstaan we reserves waarover niet (geheel of gedeeltelijk) vrij kan worden beschikt, omdat deze reserves worden gebruikt om structurele dekkingsmiddelen voor de gemeente begroting te genereren. Deze geblokkeerde of beklemde reserves maken geen onderdeel uit van de weerstandscapaciteit.

De overige bestemmingsreserves zijn gevormd voor een bepaald doel. De raad heeft de bevoegdheid de bestemming te wijzigen en deze in te zetten voor het opvangen van tegenvallers. De stand van de bestemmingsreserves op 31 december 2023 bedraagt € 49.9 miljoen. Een belangrijk deel van de bestemmingsreserves is geblokkeerd vanwege de structurele inzet van de renteopbrengst als dekkingsmiddel. In onderstaand overzicht is aangegeven welke overige bestemmingsreserves niet geblokkeerd of beklemd zijn.

tabel overige bestemmingsreserves (niet geblokkeerd of beklemd)
Soort reserve bedrag
Reserve grote projecten
6.707.000
Reserve duurzaamheid
1.634.000
Egalisatiereserve bouwleges 98.000
Reserve restauratie gemeentelijke monumenten 166.000
Reserve bodemverontreiniging 458.000
Reserve grondexploitatie
9.667.000
Reserve wachtgeldverplichtingen 546.000
Reserve onderwijshuisvesting
1.229.000
Reserve 5 mei
35.000
Reserve beschermd wonen
4.091.000
Reserve BWS gelden 3.400
  16.293.400
   

Ad 5 Stille reserves

Bij stille reserves moet worden gedacht aan bezittingen die beneden de marktwaarde in de boeken staan en die zonder bezwaar direct te verkopen zijn. De gemeente heeft echter nauwelijks nog bezittingen anders dan panden en gronden die nodig zijn voor de grondexploitatie in haar bezit. De gemeente is aandeelhouder van NV Bank Nederlandse Gemeente (BNG), NV Alliander en waterleidingmaatschappij Vitens. Aangenomen kan worden dat de aandelen bij een eventuele verkoop meer opbrengen dan de boekwaarde. Er is hier dus sprake van een stille reserve. Deze ruimte kan echter niet direct benut worden onder het huidige beleid en de huidige taakuitvoering, omdat de inkomsten uit deze aandelen structureel geraamd zijn in de begroting.

Weerstandscapaciteit 2023

Terug naar navigatie - Weerstandscapaciteit 2023

In onderstaande tabel wordt de weerstandscapaciteit voor de jaarrekening 2023 weergegeven:

tabel weerstandscapaciteit

onderdeel weerstandscapaciteit

bedrag

 

 

Structurele weerstandscapaciteit

 

1. Onvoorzien structureel

26.000

2. Onbenutte belastingcapaciteit

2.644.034

 

 

Structurele weerstandscapaciteit

2.670.034

 

 

Incidentele weerstandscapaciteit

 

3. Vrije deel algemene reserve

11.433.000

3. Vrije deel bestemmingsreserves

16293.400

4. Stille reserves

0

5. Onvoorzien incidenteel

64.000

 

 

Incidentele weerstandscapaciteit

27.790.400

 

 

Totale weerstandscapaciteit

30.460.434

 

 

Risico’s

Tegenover de hierboven geïnventariseerde weerstandscapaciteit staan de risico’s die de gemeente loopt. Deze risico’s zijn van uiteenlopende aard en hangen samen met onder andere de schaalgrootte en gemeente specifieke factoren. Het managen van deze risico’s wordt risicomanagement genoemd.

Risicomanagement in relatie tot het weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Risicomanagement in relatie tot het weerstandsvermogen

Bij risicomanagement gaat het om het uitvoeren van een systematisch en periodiek terugkerend proces van identificeren, beoordelen en kwantificeren van risico’s, het bepalen en uitvoeren van activiteiten en maatregelen die de kans van optreden en/of de gevolgen van risico’s, beheersbaar houden en het evalueren en rapporteren over de verschillende stappen in het proces.

Doelstellingen

De volgende doelstellingen streeft gemeente Nunspeet na met risicomanagement:

  1. Reduceren van de gevolgen van risico’s
  2. Voldoen aan wet- en regelgeving
  3. Actualisering van het weerstandsvermogen
  4. Verhogen van risicobewustzijn
  5. Beoordelen en optimaliseren van het weerstandsvermogen

Indeling risico’s

Gemeente Nunspeet hanteert voor de identificatie van de risico’s de volgende indeling:

  1. Juridische risico’s;
  2. Financiële risico’s;
  3. Personele / organisatorische risico’s
  4. Grondexploitatie en strategische aankopen risico’s
  5. Milieurisico’s
  6. Risico's verbonden partijen
  7. Risico’s sociaal domein
  8. Reguliere risico’s

Analyse en beoordelen van de risico’s

Terug naar navigatie - Analyse en beoordelen van de risico’s

Om risico’s te kunnen beoordelen worden de kans en het (financiële) gevolg van elk risico bepaald. Daarvoor wordt gebruik gemaakt van zogenaamde referentiebeelden. Als wordt geschat dat een risico zich bijvoorbeeld eenmaal in de tien jaar zal voordoen is de kans op optreden 10%. Als een risico zich eenmaal per jaar kan voordoen is de kans 90%. Bij 100% is het geen risico meer.

Daarna wordt per risico het financiële gevolg ingeschat in het geval het risico zich daadwerkelijk zou voordoen.

Hierna treft u twee tabellen met de indeling van de kansen en financiële gevolgen aan. Voor de beoordeling van de kans dat een risico daadwerkelijk optreedt hanteren we vijf klassen met de volgende referentiebeelden:

 

Klasse

Aantal keren dat risico, zich naar verwachting voordoet

Kans

1

< 1 x per 10 jaar

10%

2

1 x per 5 – 10 jaar

30%

3

1 x per 2 – 5 jaar

50%

4

1 x per 1 – 2 jaar

70%

5

1 x per jaar of <

90%

Voor het bepalen van de financiële gevolgen wordt gebruik gemaakt van de volgende indeling:

Klasse

Bandbreedte

Financieel gevolg

0

Geen gevolgen

Geen

1

€ 0 < € 5.000

Zeer laag

2

€ 5.000 < € 25.000

Laag

3

€ 25.000 < € 75.000

Midden

4

€ 75.000 < € 250.000

Hoog

5

>€ 250.000

Zeer hoog

Het reële financiële gevolg wordt dus bepaald door de ‘Kans’ en het ‘Financiële gevolg’ met elkaar te vermenigvuldigen. De risico’s met het grootste financiële gevolg krijgen de hoogste prioriteit bij het beheersen van de risico’s.

a. Juridische risico’s

Terug naar navigatie - a. Juridische risico’s

Dwangsommen

Bij het niet tijdig beslissen is de Wet dwangsom en beroep van toepassing. Als gevolg hiervan kunnen burgers de gemeente in gebreke stellen en verbeurt de gemeente, na ontvangst van de ingebrekestelling, een dwangsom als niet tijdig op een aanvraag is beslist. In een procedure zijn werkafspraken gemaakt om beslistermijnen te bewaken. In 2023 is er 11 keer een ingebrekestelling ingediend. In geen van de zaken  is de maximale dwangsom van € 1.445,-- betaald.

Proceskosten
Voor bezwarenprocedures en (hoger) beroepsprocedures waarin de gemeente geheel of gedeeltelijk in het ongelijk wordt gesteld, wordt de gemeente veroordeeld in de proceskosten. De hoogte van de proceskostenvergoeding is gerelateerd aan het aantal proceshandelingen dat in de betreffende procedure is verricht. De afgelopen jaren is het aantal verzoeken dat wordt ingediend op grond van de Wet Open Overheid (Woo) toegenomen. De ontevredenheid  over het optreden van de overheid neemt toe, dat is terug te zien in het aantal Woo verzoeken en bezwaren. Afgaande op de verzoeken die de afgelopen jaren zijn ingediend, leidt dit in enkele gevallen tot een verplichting om proceskosten te vergoeden. Per einde boekjaar zijn er geen lopende zaken waar de gemeente proceskosten zou moeten vergoeden.

Inkoop en aanbesteding
Door de invoering van de Aanbestedingswet 2012 is het risico van een juridische procedure toegenomen. Bij de keuze van een inkoopprocedure wordt uitgegaan van indicatieve bedragen. Dit geeft ruimte voor verschillen van inzicht en is daardoor een risico. Daarnaast is de economische situatie dusdanig, dat partijen eerder bereid zijn gunning via de rechter af te dwingen. Per einde boekjaar zijn er geen lopende zaken waar de gemeente en partijen verschillen van inzicht die kunnen leiden tot een juridische procedure.

Claims van derden
Bij het opstellen van de jaarrekening  2023 is een inventarisatie gehouden van de op dat moment bekende verzoeken of te verwachten verzoeken voor planschade en de diverse juridische procedures (afkoopbedrag; schadeclaims). Hiervoor is de voorziening Planschades en Juridische procedures gevormd. De risico’s voor planschade zijn zo veel mogelijk bij de initiatiefnemer ondergebracht. (Plan)schades die onvermijdelijk ten laste van de gemeente komen, worden ten laste van het rekening resultaat gebracht. Ook de kosten van het opstellen van een schadeanalyse komen ten laste van de gemeente. Omdat steeds meer juridisch adviesbureaus zich gaan specialiseren in planschaden, is het risico van schade-analysekosten steeds groter. In de begroting wordt hiermee geen rekening gehouden. In de voorziening is wel rekening gehouden met schade-analysekosten waarvan de melding bekend is. Ultimo 2023 zijn er geen claims in behandeling welke onvermijdelijk ten laste van de gemeente komen.

tabel juridische risico's

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

S of I

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

Dwangsom

I

50%

10.000

5.000

Proceskosten

I

50%

10.000

5.000

Inkoop en aanbesteding

I

10%

100.000

10.000

Claims van derden

I

50%

20.000

10.000

Totaal juridische risico's

   

 

30.000

 

 

 

 

 

 

b. Financiële risico’s

Terug naar navigatie - b. Financiële risico’s

Financiële risico’s

Rente
Eind 2013 is de Wet verplicht schatkistbankieren van kracht geworden. Dit houdt in dat decentrale overheden verplicht hun liquide middelen aanhouden bij de Nederlandse schatkist. Tijdelijke overschotten aan liquide middelen kunnen niet uit oogpunt van een optimaal liquiditeitsbeheer in deposito uitgezet of tegen een gunstige rente op een spaarrekening bij een commerciële bank gezet worden. Dit kan in situaties met hogere rentetarieven een negatief effect op de rendementsverwachting hebben. Wel biedt de staat de mogelijkheid om overtollige gelden voor langere periodes in depot weg te zetten.  Gezien de gemiddelde rentelast van het per 31 december 2023 met vreemd vermogen gefinancierde deel kan worden geconcludeerd dat de geraamde financieringsstructuur en in relatie hiermee ook het weerstandsvermogen van onze gemeente op 31 december 2023 als voldoende kan worden beoordeeld.

Omslagrente
De berekening van de renterisiconorm is opgenomen in de paragraaf financiering. Uit dit overzicht blijkt dat de gemeente een renterisico loopt. Wanneer de omslagrente lager is dan de marktrente ontstaat er een risico. Dit is een gevolg van het feit dat hieruit een financieel nadeel voortvloeit voor de begroting. Als het rentepercentage van aan te trekken leningen lager is dan de geraamde omslagrente (2023: 1,5%)  blijft het renterisico acceptabel. In het afgelopen jaar heeft de ECB (Europees centrale bank) een ruim monetair beleid gevoerd. De verwachting is dat de kapitaalmarktrente (lange rente), gezien de verwachte economische ontwikkelingen (zoals economische groei, inflatie) in het komende jaar gaat stijgen. Op grond van deze conclusies is er op dit moment een renterisico dat beperkt is.

Gemeentefondsuitkeringen
In de Programmabegroting 2023-2026 is de raming van de uitkeringen uit het Gemeentefonds gebaseerd op de meicirculaire 2022. Vanaf 2023 is sprake van een herijking van de uitkering Gemeentefonds met als resultaat dat de voorheen budgettair neutrale onderdelen van het Sociaal domein niet meer op deze manier te berekenen zijn en een onderdeel vormen van het algemene deel van de uitkering. Deze herijking heeft bovendien geleid tot een afname van het aantal maatstaven waarop de berekening is gebaseerd. In de latere circulaires 2023 zijn door het ministerie voor diverse maatstaven actuele (soms al definitieve) aantallen opgenomen met als resultaat  een hogere Algemene Uitkering. Dit voordelige resultaat is verwerkt in de jaarrekening.

Verstrekte garanties
In totaal zijn voor € 87.028.000,- aan gemeentegaranties waarover risico wordt gelopen,  aan instellingen verstrekt (peildatum 31 december 2023). Dit zijn garanties voor geldleningen waar de gemeente samen met het Rijk een achtervangpositie inneemt. Deze garanties zijn in eerste instantie gegarandeerd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).

Aan particulieren is voor € 475.146,-  (peildatum 31 december 2022;  2023 is nog niet bekend) aan gemeentegaranties verstrekt Deze leningen zijn in eerste instantie gegarandeerd door de Nationale Hypotheek Garantie (NHG / onderdeel startersleningen). De gemeente heeft voor deze leningen een achtervangpositie. Gezien de kredietwaardigheid van de geldnemers van zowel instellingen als particulieren is het aan de garanties verbonden risico zeer gering.

Prijsstijgingen grondstoffen
Als gevolg van enkele mondiale oorzaken zijn de bouwkosten in Nederland nog steeds hoog. Omstandigheden díe daartoe bijdragen zijn onder meer de sancties tegen Rusland, de instabiele situatie in het midden oosten.  Dit brengt risico's en onzekerheid met zich mee voor zowel bestaande overeenkomsten als ook voor nieuw te sluiten overeenkomsten. Op balansdatum is rekening gehouden met de op dat moment bekende prijsstijgingen

De stijging van de prijzen in het jaar 2023 heeft gevolgen voor de uitgangspunten voor de programmabegroting 2025-2028. De effecten van de prijsstijgingen zijn op dit moment onzeker, waarbij ook de financiële impact nu onmogelijk te bepalen is. We monitoren onze risico’s voortdurend. Met betrekking tot de balansposities aangaande de grondexploitaties zijn deze met de kennis per 31 december 2023 beoordeeld op een toereikende waardering. De toename en ontwikkeling van de prijsstijgingen in 2024 kan mogelijk leiden tot onzekerheden aangaande de terugverdiencapaciteit van de grondexploitaties in 2024 en de jaren daarna. De raad wordt tussentijds geïnformeerd over de risico’s en beheersmaatregelen ten gevolge van deze prijsstijgingen.

tabel financiële risico's

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

Rente

S

10%

1.540.000

154.000

Omslagrente

S

30%

88.000

26.400

Gemeentefondsuitkering

S

30%

200.000

60.000

Prijsstijging grondstoffen

S

50%

500.000

250.000

Spoortunnel

S

10%

6.000.000

600.000

Sportpark de Wiltsangh

S

0%

500.000

0

Opvang vluchtelingen

S

0%

250.000

0

Totaal financiële risico's

      1.090.400

 

 

 

 

 

 

c. Personele / organisatorische risico’s

Terug naar navigatie - c. Personele / organisatorische risico’s

Personele / organisatorische risico’s

Op moment van opstellen van de jaarrekening is er geen verwachting op risico's / claims ten aanzien van personeel. Daarom wordt er financieel ook geen rekening gehouden met eventuele financiële gevolgen.

tabel personele/organisatorische risico's

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

Personele / organisatorische risico's

I

30%

100.000

30.000

Totaal personele/organisatorische risico's

   

 

30.000

 

 

 

 

 

 

d. Grondexploitatie en strategische aankopen risico’s

Terug naar navigatie - d. Grondexploitatie en strategische aankopen risico’s

Grondexploitatie
Voor de grondexploitaties zijn de ramingen van de nog te realiseren kosten en opbrengsten geactualiseerd, resulterend in een bijstelling van het verwachte resultaat op eindwaarde. Deze actualisatie heeft plaatsgevonden aan de hand van de inzichten op peildatum 1-1-2024, waaronder contractuele verplichtingen, geformuleerde beleidsuitgangspunten en ontwikkelingen op de markt voor gebiedsontwikkeling. Als dit resulteert in een neerwaartse bijstelling van de resultaten, wordt onderzocht op welke wijze dit kan worden gecompenseerd.

De reserve grondexploitatie kent een bodembedrag (financiële buffer) die wordt aangehouden om risico’s binnen de grondexploitaties (in voorbereiding) en strategische aankopen op te kunnen vangen. Tussentijdse winstnemingen uit de grondexploitaties worden voorzichtigheidshalve binnen de reserve grondexploitatie gehouden totdat de projecten zijn afgerond. Jaarlijks vindt op grond van artikel 12, lid 1 van de Financiële verordening van de gemeente Nunspeet en artikel 212 van de Gemeentewet de bijstelling plaats na het vaststellen van de jaarrekening.

Toelichting per grondexploitatie
Molenbeek
Het project Molenbeek bevindt zich in de laatste fase en de nog resterende risico’s worden steeds beperkter qua omvang. Er moet nog een deel woonrijp worden gemaakt en de verwachting is dat eind 2024 alle kavels verkocht zijn, inclusief de CPO-kavel voor 4 woningen naast de supermarkt en de kantoorkavel. Het resultaat op eindwaarde, rekening houdend met de al genomen winstnemingen, is nog circa € 0,3 miljoen positief. Omdat ook de boekwaarde positief is (meer opbrengsten gerealiseerd dan kosten) is het risico verdwenen dat de gemeente met een verlies achterblijft in het worst case scenario. Zelfs als de nog te maken kosten voor het woonrijp maken van de boekwaarde worden afgetrokken blijft de boekwaarde positief. Daarom is Molenbeek niet meer meegenomen in het benodigde weerstandsvermogen.

Weversweg
In maart 2024 is een nieuwe bestemmingsplan voor Weversweg door de raad vastgesteld, waardoor er 37 woningen aan het plan worden toegevoegd. Dit betekent dat er in 2024 begonnen kan worden met het bouwrijp maken van deelgebied fase 2. In de jaarrekening en de nota reserves en voorzieningen moet worden uitgegaan van de feitelijke situatie per balansdatum (1-1-2024). Op dat moment was de gewijzigde grondexploitatie voor Weversweg fase 2 nog niet vastgesteld en wordt dus uitgegaan van een actualisatie van het deel Weversweg fase 1 met een tekort van circa € 0,3 miljoen. Voor dit tekort wordt een verliesvoorziening getroffen op 1-1-2024 en in boekjaar 2024 wordt daarna de voorziening verhoogd naar het actuele tekort voor Weversweg fase 2 van € 842.000.

De Kolk
Het oorspronkelijke deel van bedrijventerrein De Kolk is afgerond. De ontwikkeling op het deel GPS moet nog opstarten en daarom liggen de risico’s vooral in een toename van kosten voor het bouw- en woonrijp maken en vertraging in de kaveluitgifte. Doordat de uitgifteprijzen voor deelgebied GPS zijn vastgesteld is het resultaat van de grondexploitatie toegenomen. Voor het jaar 2023 is de tussentijdse winstneming berekend op € 0,75 miljoen en het positieve resultaat in het project is nog circa €1,6 miljoen.

Bedrijventerrein Elspeet
Begin 2023 heeft de Raad van State ingestemd met de ontwikkeling en daarna is begonnen met de bodemsanering en sloop van de opstallen aan de Apeldoornseweg, de aanleg van de rotonde aan de Uddelerweg, aanleg van een deel van de toegangsweg van het bedrijventerrein en ontsluiting van de supermarkt. Het verwachte eindresultaat was vorig jaar € 0,2 miljoen negatief en is nu € 0,3 miljoen positief vanwege de vastgestelde uitgifteprijzen. De netcapaciteit is vooralsnog voldoende maar blijft een risico. Dit kan tot gevolg hebben dat de uitgifte mogelijk vertraging oploopt. Vertraging in het bouwrijp maken en een gebrek aan belangstelling voor de kavels is eveneens een risico.

Kijktuinen
In 2023 is de biedprocedure ten behoeve van de verkoop van de grond voor 22 sociale koopwoningen doorlopen en dit heeft geleid tot verkoop van de grond. Ook de biedprocedure voor de 7 laag-ampère-woningen is succesvol doorlopen en de levering van deze grond vindt plaats in 2024. In 2024 rest alleen nog de verkoop van de CPO-kavel voor 10 woningen. Het resultaat is flink verbeterd vanwege de succesvolle biedprocedures voor de gronden die hebben geleid tot financiële meevallers. Dit jaar is de tussentijdse winstneming berekend op circa €0,4 miljoen. Na deze winstname uit het project resteert nog een positief eindresultaat van circa € 0,5 miljoen. De looptijd van het project is nog t/m 2025 en de risico’s zijn verder afgenomen na de uitgifte van de kavels.

Elspeterbosweg 9 Vierhouten
De looptijd van de grondexploitatie Elspeterbosweg is nog één jaar. De nog te maken kosten in de grondexploitatie zijn van beperkte omvang. Daarom zijn ook de risico’s die er nog zijn binnen dit project minimaal. Voor het negatieve resultaat op eindwaarde van ca. €0,3 miljoen is een verliesvoorziening getroffen.

Hullerweg
In 2023 is de grondexploitatie Hullerweg vastgesteld en een deel van de autosloperij aangekocht. Er is begonnen met de voorbereidingen voor het wijzigen van het omgevingsplan. In de komende periode wordt er gewerkt aan een overeenkomst met Liander. De verwachting is dat de gronden in 2024/2025 gesaneerd worden en bouwrijp gemaakt kunnen worden, waarna de verkoop aan Liander in 2025 plaatsvindt. Het resultaat voor de grondexploitatie Hullerweg wordt verwacht op €0,25 miljoen positief. Het belangrijkste risico in het project is de bodemsanering.
Het financiële gevolg en de kans van optreden van de risico’s in de grondexploitatie zijn in onderstaande tabel weergegeven. Het financiële gevolg is gebaseerd op het worst case scenario. Dit zijn de boekwaardes per 31 december 2023 van de grondexploitaties, er vanuit gaande dat de gemaakte investeringen niet kunnen worden terugverdiend als het project in een worst case scenario volledig komt stil te vallen. Ten opzichte van de stand in de programmabegroting 2024-27 zijn de risico’s per saldo toegenomen (afgerond € 1,2 miljoen) als gevolg van de grondaankoop in de nieuw vastgestelde grondexploitatie Hullerweg en de (civiele) investeringen die in 2023 gedaan zijn voor de bedrijventerreinen De Kolk en Elspeet.

Tabel Grondexploitatie en strategische risico's

S=Structureel I=Incidenteel

   

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

Molenbeek

I

0%

0

0

Hullerweg

I

30%

2.293.233

687.970

Weversweg

I

10%

592.360

177.708

De Kolk

I

30%

5.534.282

1.660.285

Bedrijventerrein Elspeet

I

30%

3.893.592

1.168078

Kijktuinen

I

30%

595.671

178.701

Elspeterbosweg 9 Vierhouten

I

10%

215.211

21.521

 

 

 

 

 

Voorziening risico's grondexploitatie

I

 

 

--1.150.454

Totaal grondexploitatie en strategische risico's

   

 

2.743.809

e. Milieurisico’s

Terug naar navigatie - e. Milieurisico’s

Het algemeen beleid op dit punt is dat de kosten van een eventuele sanering worden verhaald op de veroorzaker. Is dit niet meer mogelijk, dan wordt bij een mobiele verontreiniging (een zich verplaatsende verontreiniging) gesaneerd en bij een immobiele verontreiniging nagegaan of er gevaren zijn voor de volksgezondheid. Is dit het geval, dan volgt sanering (zo mogelijk binnen de begrote budgetten). Is dit niet het geval, dan wordt nagegaan of op een nader geschikt moment sanering mogelijk is op een manier die effectief en doelmatig is (ook in relatie tot de hiermee gepaard gaande financiële middelen). Voor de bekende bodemverontreinigingen is de reserve bodemverontreiniging gevormd.

Voor niet bekende bodemverontreinigingen zijn de financiële gevolgen lastig in te schatten. Deze zijn afhankelijk van de aard en omvang van de verontreiniging en het tijdstip van het ontstaan van de verontreiniging. Een verontreiniging van na 1987 is een nieuw geval en moet volledig opgeruimd worden en een verontreiniging van voor 1987 is een oud geval en mag functioneel gesaneerd worden. Daarnaast is het afhankelijk van de mogelijkheid om de kosten te verhalen op de veroorzaker. Om toch een inschatting te maken van de kosten wordt een bedrag van € 150.000 aangehouden met een risico van voorkomen van 10%. In dit bedrag is rekening gehouden met een afgenomen risico. De reserve bodemsanering maakt onderdeel uit van het weerstandsvermogen.

tabel milieu en bodemverontreiniging risico's

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

Bodemverontreiniging

 

50%

500.000

250.000

Milieu en bodemverontreiniging

I

10%

150.000

15.000

Totaal milieu en bodemverontreiniging risico's

 

 

265.000

 

 

 

 

 

 

f. Verbonden partijen

Terug naar navigatie - f. Verbonden partijen

De gemeente is financieel mede aansprakelijk voor een aantal samenwerkingsverbanden (paragraaf Verbonden partijen).

Directe deelnemingen in vennootschappen:

  • Bank Nederlandse Gemeenten NV;
  • NV Alliander;
  • Vitens NV
  • NV Afvalsturing Friesland;
  • NV Inclusief Groep.

Overige deelnemingen:

  • Streekarchivariaat Noordwest-Veluwe;
  • Omgevingsdienst Noord-Veluwe (per 1 januari 2024: Omgevingsdienst Veluwe);
  • Leasurelands;
  • Coöperatie Gastvrije randmeren
  • Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland;
  • Stichting Primair Openbaar Onderwijs Noord-Veluwe;
  • Sportbedrijf Nunspeet
  • Gemeentelijke of gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD) Gelre-IJssel.

Per verbonden partij is een risicoanalyse gemaakt. Via deze risicoanalyse wordt gekeken naar de mate van risico die de gemeente bij de verbonden partijen loopt. Bij sommige verbonden partijen is een beoordeling op cijfers lastig. Bij deze verbonden partijen is gekeken naar de bijdrage die de gemeente levert en het financiële nadeel dat de gemeente loopt bij een eventueel faillissement. Hierbij is een inschatting gemaakt van de kans dat een faillissement zich voordoet.

Van de directe deelnemingen in vennootschappen is de nominale waarde van het belang van onze gemeente in de vennootschap als risico opgenomen, verhoogd met de ontvangen dividenden. Van de overige deelnemingen in vennootschappen is als financieel gevolg opgenomen de jaarbijdrage.

De kans van optreden wordt geclassificeerd met risico laag, gemiddeld of hoog. Per verbonden partij is het risico (kans van optreden) op grond daarvan, uitgedrukt in een percentage. De toelichting op de belangen voor onze gemeente vindt u terug in de paragraaf verbonden partijen. In onderstaande tabel zijn de risico’s per verbonden partij uitgedrukt in geld. Bij een kans van optreden die als “laag” is gekwalificeerd, is rekening gehouden met een percentage van 10%. Bij een ‘hoge’ kwalificatie is een percentage van 30%, 50% of 70% aangehouden, afhankelijk van de inschatting van de kans van optreden. Er is één deelneming (de Inclusief Groep) waarbij het risico voor de gemeente Nunspeet als “zeer hoog” wordt ingeschat. Dit houdt verband met de teruglopende subsidie-inkomsten die op korte termijn niet worden gecompenseerd door een hoger operationeel resultaat.

tabel risico's verbonden partijen

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

NV Bank Nederlandse Gemeenten

I

10%

358.688

35.869

NV Alliander

I

10%

285.201

28.520

NV Vitens

I

10%

4.062

406

NV Afvalsturing Friesland

I

10%

65.350

6.535

Streekarchivaat Noordwest Veluwe

I

10%

238.600

23.860

Omgevingsdienst Noord Veluwe

I

10%

842.000

84.200

Leisurelands (recreatiegemeenschap Veluwe)

I

10%

0

0

Coöperatie Gastvrije randmeren

I

10%

30.000

3.000

Veiligheidsregio Noord Oost Gelderland

I

10%

1.598.000

159.800

Inclusief Groep

I

50%

687.000

343.500

Stichting Primair Openbaar Onderwijs Noord Veluwe

I

10%

0

0

GGD Gelre-IJssel

I

10%

560.000

56.000

Sportbedrijf Nunspeet

I

50%

606.000

303.000

Totaal  risico's verbonden partijen

   

 

1.044690

 

g. Risico’s sociaal domein

Terug naar navigatie - g. Risico’s sociaal domein

Op 1 januari 2015 zijn drie nieuwe wetten in werking getreden binnen het sociaal domein, namelijk de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), de Participatiewet en de Jeugdwet. Met ingang van 2019 is de financiering niet meer gebaseerd op een integreerbaar deel maar is deze opgenomen in de Algemene Uitkering, net als alle andere gemeentelijk taken. Tevens bestaat er nog een Reserve Sociaal Domein.

WWB / Participatiewet (Buig)
In de begroting word uitgegaan van een budgettaire raming voor de uitkeringen en de te ontvangen rijksbijdrage, de zogenaamde BUIG gelden. Als blijkt dat de uitgaven op de uitkeringen hoger zijn dan de rijksbijdrage, kan onder voorwaarden een aanvullende uitkering bij het Rijk worden aangevraagd. Hierbij geldt dat de eerste 7,5% van de rijksbijdrage voor rekening van de gemeente komt. Voor het tekort op de uitkeringen tussen 7,5% en 12,5% van de voor dat jaar toegekende rijksbijdrage, geldt dat van dit bedrag 50% op basis van deze regeling kan worden aangevraagd en vergoed. Om in aanmerking te komen voor een aanvullende uitkering moet sprake zijn van een goedkeurende accountantsverklaring en een door de gemeenteraad vastgesteld verbeterplan. Een tekort moet ten laste gebracht worden van de lopende exploitatie. Via de tussenrapportages worden eventuele afwijkingen aangegeven.

Jeugdwet
Sinds het inwerking treden van de Jeugdwet in 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor alle vormen van jeugdhulp. Het Centrum voor Jeugd en Gezin vormt de toegang voor de niet vrij-toegankelijke jeugdhulp. Naast het Centrum voor Jeugd en Gezin kunnen ook huisartsen, praktijkondersteuners, medisch specialisten en de rechter in geval van jeugdbescherming en jeugdreclassering verwijzen naar niet vrij toegankelijke jeugdhulp. Ongeveer 50% van alle verwijzingen loopt via een huisarts en praktijkondersteuner, met name de verwijzingen naar JGGZ. Op deze trajecten heeft de gemeente niet direct invloed. Door het creëren van een hoogwaardige toegang hopen we het percentage verwijzingen dat via het CJG loopt te verhogen en het percentage verwijzingen dat via de huisartsen loopt te verlagen en zo het beroep op zwaardere jeugdhulp te laten afnemen.


De uitgaven voor jeugdzorg laten de laatste jaren een aanmerkelijke groei zien. Dit is een landelijke ontwikkeling. Er is sprake van sterke toename van complexiteit en behandeltijd en een toename van het aantal cliënten. Toename is met name te zien bij de ambulante begeleiding (regulier en specialistisch) en bij de GGZ hulp specialistisch. Op dit moment constateren we een regionale ontwikkeling waarbij het budget dat door het rijk beschikbaar wordt gesteld flink zal worden overschreden. Wel zijn er maatregelen ingezet om te komen tot een betere indicatiestelling met een mogelijke andere zorgvorm die leidt tot lagere uitgaven voor de hulpverlening.


Daarnaast hebben we te maken met een bezuinigingstaakstelling sinds het inwerking treden van de Jeugdwet. De transformatieslag die hiervoor gemaakt moet worden neemt meerdere jaren in beslag. Beoogde effecten (afname van problematiek en van jeugdhulpkosten) zullen daarom pas na een aantal jaren zichtbaar worden.

tabel  risico's sociaal domein

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

WWB

S

10%

449.000 44.900

Jeugdwet

S

30%

850.000

255.000

Totaal risico's sociaal domein

   

 

299.900

 

 

 

 

 

 

h. Reguliere risico’s

Terug naar navigatie - h. Reguliere risico’s

Btw-compensatiefonds / SPUK

Per 1 januari 2003 is het btw-compensatiefonds ingevoerd. Uit het fonds krijgen gemeenten de betaalde btw op nota’s van derden gecompenseerd, met uitzondering van de btw die wordt betaald over onderwijsuitgaven en de btw die samenhangt met de subsidiëring van derden. Tegenover deze lagere lasten voor de gemeente staat een uitname uit het Gemeentefonds. Dit houdt in dat de invoering van het btw-compensatiefonds voor de gemeenten gezamenlijk geen voordeel heeft. Voor een individuele gemeente kan de invoering van het btw-compensatiefonds echter wel gevolgen hebben. Vanaf 2019 loopt de gemeente Nunspeet risico over de voorschotregeling BCF. Hiermee is reeds rekening gehouden in de financiële verkenning en de meerjaren raming. Sinds een aantal jaren is de BTW op sport niet meer verrekenbaar. Hiervoor is de zogenaamde SPUK-regeling in werking getreden. Deze regeling is bedoeld om BTW t.a.v. sport te compenseren. Echter is er een totaalbedrag voor alle gemeenten beschikbaar. Het kan dus zijn dat er naar rato uitbetaald wordt en niet de totale aanvraag. Aangezien het ingediende bedrag t.a.v. sport groot is, gezien het project De Wiltsangh, loopt de gemeente hier een risico. Daarom wordt in de risicoparagraaf rekening gehouden met een eventueel lagere uitkering.

Vennootschapsbelasting

Vanaf 2016 moeten de gemeenten vennootschapsbelasting betalen over de winsten die ze met hun ondernemingsactiviteiten maken. Het financiële gevolg daarvan voor onze gemeente is naar verwachting gering. Voor de uitoefening van haar publieke taak levert de vennootschapsbelasting voor de gemeente geen risico op.

Tegenvallende subsidieverwachtingen

Een risico dat gelopen wordt, is dat projecten of activiteiten worden uitgevoerd die (deels) gedekt worden door subsidies vanuit de Provincie. Wanneer achteraf blijkt dat er niet voldaan wordt aan de subsidievoorwaarden, ontstaat het risico van een dekkingstekort. Tot op heden is steeds voldaan aan de subsidievoorwaarden. Voor de bepaling van het weerstandsvermogen wordt daarom het risico  vooralsnog op nihil gesteld.

Gemeentelijke gebouwen

De gemeente heeft verschillende gebouwen in eigendom. Er worden daarbij verschillende risico’s gelopen. De belangrijkste risico’s zijn: asbest, legionellabesmetting, brandveiligheid, veilig werken op daken en wateraccumulatie. De risico’s worden per gebouw geïnventariseerd en in kaart gebracht. Op het gebied van asbest worden de grootste risico’s gelopen. Van de meeste gemeentelijke gebouwen is de asbestsanering uitgevoerd. Van enkele gemeentelijke woningen en kleine objecten moeten de inventarisaties nog plaatsvinden.

tabel reguliere risico's

S=Structureel I=Incidenteel

 

Risico

 

Kans van optreden

Financieel gevolg

Reëel financieel gevolg

Btw compensatiefonds / SPUK

I

10%

150.000

15.000

Vennootschapsbelasting

I

10%

150.000

15.000

Tegenvallende subsidieverwachtingen

I

0%

0

0

Gemeentelijke gebouwen

I

10%

20.000

2.000

Totaal reguliere risico's

   

 

32.000

 

 

 

 

 

 

Beheersing van risico’s

Terug naar navigatie - Beheersing van risico’s

Voor elk risico moet een keuze gemaakt worden uit de volgende maatregelen:

  • Vermijden: het beleid waar een risico door ontstaat, wordt beëindigd of op een andere manier vormgegeven of er wordt geen beleid gestart dat een risico met zich meebrengt.
  • Verminderen: het risico wordt afgedekt via een verzekering, een voorziening of een ander budget in de begroting zodat de gevolgen van een risico worden beperkt.
  • Overdragen: dit kan door het beleid dat een risico met zich meebrengt, te laten uitvoeren door een andere betrokken partij, die daarbij ook de financiële risico’s overneemt.
  • Accepteren: risico’s kunnen ook bewust genomen worden. Als een risico niet wordt vermeden, verminderd of overgedragen, wordt een risico geaccepteerd en moet de eventuele financiële schade volledig via de weerstandscapaciteit gedekt worden

Financiële vertaling van de risico’s

Terug naar navigatie - Financiële vertaling van de risico’s

Voor vrijwel alle financiële risico’s die zijn te voorzien en kwantificeerbaar zijn, zijn toereikende voorzieningen of bestemmingsreserves gevormd. Van de risico’s die van materiële betekenis en niet goed te kwantificeren zijn, is een financiële vertaling gemaakt zodat deze risico’s meegenomen worden bij het bepalen van het weerstandsvermogen. Van onderstaande risico’s is de kans van optreden uitgedrukt in een percentage. Het reële financiële gevolg wordt berekend door dit percentage te vermenigvuldigen met het financiële gevolg.

Tabel totalen incidentele en structurele risico's  
Risico Reëel financieel gevolg
Structurele risico's:  
Financiële risico's 1.090.400
Personele risico's 0
Sociaal domein 299.000
Totaal structureel 1.390.300
   
Incidentele risico's  
Juridische risico's 30.000
Financiële risico's 0
Personele risico's 30.000
Grondexploitaties 2.743.809
Milieu en bodemverontreiniging 265.000
Verbonden partijen 1.044.690
Reguliere risico's 32.000
Totaal incidenteel 4.145.499
   
Totaal  risico's 5.535.799
   

 

Beoordeling weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Beoordeling weerstandsvermogen

Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, moet de relatie gelegd worden tussen de hierboven genoemde financieel vertaalde risico’s en de eerder genoemde beschikbare weerstandscapaciteit. Dit wordt uitgedrukt in een ratio. De berekeningswijze van de ratio weerstandsvermogen is als volgt:

Ratio weerstandsvermogen:      Beschikbare weerstandscapaciteit / Benodigde weerstandscapaciteit

Om het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen wordt gebruikt gemaakt van onderstaande waarderingstabel:

Ratio

Betekenis

> 2,0

Uitstekend

1,4 tot 2,0

Ruim voldoende

1,0 tot 1,4

Voldoende

0,8 tot 1,0

Matig

0,6 tot 0,8

Onvoldoende

< 0,6

Ruim onvoldoende

Kwantificering van de incidentele risico’s in tijd en geld, waarvoor de gemeente geplaatst zou kunnen worden is arbitrair. Geconstateerd kan worden dat het incidentele weerstandsvermogen onvoldoende is. Daartegenover is het structurele weerstandsvermogen ruim voldoende. In onderstaande tabel zijn de structurele en incidentele weerstandscapaciteit versus de structurele en incidentele risico’s, weergegeven.

Ratio weerstandsvermogen 30.460.434/5.535.799 = 5,5

Met een uitkomst van het ratio weerstandsvermogen van 5,5  kan worden geconcludeerd dat het totale weerstandsvermogen als uitstekend kan worden aangemerkt. De verlaging (2022: 7,2) van deze ratio wordt veroorzaakt door de toename van de risico's op het gebied van verbonden partijen en de grondexploitatie.

Continuïteit

Gemeente Nunspeet heeft een sluitende meerjarenbegroting daarnaast geven de kengetallen in deze paragraaf inclusief het weerstandsrisico geen reden tot twijfel of gemeente Nunspeet haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten.

 

 

Tabel totaal incidenteel en structureel weerstandsvermogen      
    weerstands capaciteit
Risico's
weerstands vermogen
         
    27.790.400 4.145.499 23.644.901
         
    2.670.034 1.390.300 1.279.734
         
Totaal   30.460.434 5.535.799 24.924.636

Toekomstige ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Toekomstige ontwikkelingen

De prognose van de risico’s voor de komende jaren voor de gemeente Nunspeet is als volgt:

De verwachting is dat de totale weerstandscapaciteit voldoende zal zijn voor de financiële gevolgen van de risico’s.

Grondexploitatie en strategische aankopen
In de komende jaren worden de volgende projecten verder ontwikkeld / afgerond: het bedrijventerrein De Kolk,  Weversweg, Bedrijvenstrip Elspeet, de Kijktuinen, 't Hul Noord, Feithenhof  en de mogelijke ontwikkelingen van strategische aankopen.

Ook zien we dat de decentralisatie in het sociaal domein gepaard is gegaan met een bezuinigingstaakstelling, terwijl organisaties en gemeenten onvoldoende tijd hebben gehad om de daarvoor noodzakelijke transformatieslag te kunnen maken. Beoogde effecten blijven met name bij het onderdeel jeugd uit. Zo wordt nu fors geïnvesteerd in de toegang tot jeugdhulp (Stichting Jeugd Noord-Veluwe), terwijl het beroep op zwaardere hulp nog onvoldoende afneemt. Daar tegenover staan wel extra incidentele middelen welke zijn ontvangen via de Algemene Uitkering.

Tabel prognose meerjarige incidentele en structurele risico's        
Risico   Financieel gevolg
    2024 2025 2026 2027
Structurele risico's          
Financiële risico's   1.431.500 2.031.500 2.631.500 3.231.500
Personele risico's   0 0 0 0
Sociaal domein   299.900 299.900 799.900 799.900
           
Totaal structurele risico's   1.731.400 2.331.400 3.431.400 4.031.400
           
Incidentele risico's          
Juridische risico's   30.000 30.000 30.000 30.000
Financiële risico's   0 0 0 0
Personele risico's   30.000 30.000 30.000 30.000
Grondexploitaties   1.451.900 1.951.900 2.451.900 2.951.900
Milieu en bodemverontreiniging   265.000 265.000 265.000 265.000
Verbonden partijen   910.690 1.160.690 1.410.690 1.660.690
Reguliere risico's   32.000 32.000 32.000 32.000
Totaal incidenteel          
           
Totaal  risico's verbonden partijen   2.719.590 3.460.590 4.219.590 4.969.590
           
Totaal reëel financieel gevolg   4.450.990 5.800.990 7.650.990 9.000.990
           

Financiële kengetallen

Ingevolge artikel 11 van het Besluit begroting en verantwoording (BBV) worden in deze paragraaf kengetallen opgenomen die inzicht geven in de financiële positie van onze gemeente.

De volgende financiële kengetallen worden hieronder weergegeven:

  • Netto schuld quote (bezittingen / schulden)
  • Solvabiliteitsratio (eigen vermogen / vreemd vermogen)
  • Kengetal grondexploitatie (boekwaarde in- / nog niet in exploitatie gebruik genomen gronden / totale baten voor bestemming)
  • Structurele exploitatieruimte (structurele baten – structurele lasten) / totale baten voor bestemming)
  • Belastingcapaciteit: woonlasten meerpersoonshuishouden.
  Verloop van de kengetallen
Kengetallen: Jaarrekening 2023 Begroting 2023 Jaarrekening 2022
Netto schuldquote

11,0%

57% 14,3%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 7,5% 57% 11,2%
Solvabiliteitsratiorisico 54,6% 51% 61,4%
Structurele exploitatieruimte 11,9% 1,6% 14,5%
Grondexploitatie 10,0% 18% 7,0%
Belastingcapaciteit 71% 63% 72,1%

 

Toelichting kengetallen

Terug naar navigatie - Toelichting kengetallen

Netto schuldquote
De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast ten opzichte van de eigen middelen. Voor Gemeente Nunspeet ligt dit rond de 11%. Een percentage boven de 100% geeft aan dat de schuldenlast hoger is dan de baten, waardoor het voldoen aan de betalingsverplichtingen een probleem kan worden. Het uitblijven van de  stijging t.o.v. de jaarrekening 2022 wordt o.a. veroorzaakt door de toename van de netto vlottende schulden maar deze worden ruimschoots gecompenseerd door de toename van de uitzettingen < 1 jaar.

Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen
Met deze berekening wordt duidelijk wat het aandeel van de verstrekte leningen in de exploitatie is en wat dit betekent voor de schuldenlast. Voor onze gemeente is dit percentage in 2023  lager dan het percentage in 2022, dit als gevolg van toename van de financiele activa. 

Solvabiliteitsratio
Deze ratio geeft inzicht in de mate waarin onze gemeente in staat is aan haar verplichtingen te voldoen. Wanneer dit percentage onder de 35% komt, is het aandeel van het eigen vermogen in het balanstotaal nog maar één derde. Dit is een signaal  dat het moeilijk wordt om aan de verplichtingen te voldoen. Het percentage voor onze gemeente komt uiteindelijk in 2023 uit op 54,6%.  en is daardoor aanzienlijk lager dan vorig jaar (61%). Dit is een gevolg van investeringen in infrastructurele projecten. 

Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal is van belang om te kunnen beoordelen welke structurele ruimte onze gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Het percentage bedraagt voor onze gemeente 11,9%. De conclusie is dat hoewel het percentage is gedaald er op dit moment  ruimte is om een toename van de lasten op te vangen.

Grondexploitatie
Dit kengetal geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale baten. Het percentage  van 10% is iets lager uitgekomen dan begroot. Hoe hoger het percentage, hoe groter het risico. Wanneer dit percentage boven de 100% uit komt, kan er aanleiding zijn om maatregelen te nemen.

Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht hoe de belastingdruk in onze gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Het percentage in 2023 komt uit op 71%. 

Jaarverslag - Paragraaf Financiering

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

De financieringsparagraaf is samen met het financieringsstatuut (treasurystatuut) een belangrijk instrument voor het transparant maken van het treasurybeheer. De treasuryfunctie houdt in dat de geldstromen van en naar de gemeente zo optimaal mogelijk op elkaar worden afgestemd, met als resultaat dat de rentelasten zo laag mogelijk en/of de rentebaten zo hoog mogelijk zijn.

In het financieringsstatuut van de gemeente Nunspeet, dat op 17 februari 2015 is vastgesteld, zijn de uitgangspunten, de doelstellingen en de beleidsmatige en organisatorische kaders (inclusief toezicht op de uitvoering van treasury) bepaald. De voor de gemeente Nunspeet relevante uitvoeringsregels zijn hierin opgenomen.

De financierings- en beleggingsactiviteiten van de gemeente Nunspeet vinden plaats binnen het formele kader van het financieringsstatuut en de financiële verordening van de gemeente Nunspeet. De uitvoering van het treasurybeleid vindt zijn weerslag in de financieringsparagraaf van de begroting en het jaarverslag. In de begroting komen de concrete beleidsplannen aan de orde. In het jaarverslag gaat het om de realisatie van de plannen en om een verschillenanalyse tussen de plannen en de uitkomsten.

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Sinds eind 2013 is het schatkistbankieren voor de gemeente van toepassing. Het heeft een wettelijke basis in de wet Financiering decentrale overheden (wet FIDO). Concreet betekent dit dat decentrale overheden verplicht zijn om hun liquide middelen aan te houden in de schatkist bij het rijk. Gemeenten mogen alleen positieve banksaldi voor het betalingsverkeer op eigen bankrekeningen aanhouden.  Dit moet leiden tot een verminderde externe financieringsbehoefte van het Rijk, met als gevolg een lagere staatsschuld en een lagere EMU schuld van de collectieve sector.

Voor de aan te houden middelen in ’s Rijks schatkist is vanaf 1 juli 2021 een drempel van toepassing, die is vastgesteld op 2% van het begrotingstotaal met een minimum van € 1.000.000,-. Het schatkistbankieren kan voor de gemeente een negatieve uitwerking hebben op de rendementsverwachting. De hoogte van het negatieve effect is afhankelijk van de afwijking tussen de door het Rijk gehanteerde rentepercentages en de percentages van marktconforme partijen. Uitzettingen (verstrekken van leningen) uit hoofde van de publieke taak blijven mogelijk. Ook het onderling lenen tussen decentrale overheden biedt mogelijkheden voor het behalen van een hoger rendement. Voorwaarde hierbij is dat er geen toezichtrelatie mag bestaan tussen de betrokken decentrale overheden.

Risicobeheer

Terug naar navigatie - Risicobeheer

Het treasurybeleid van onze gemeente is erop gericht binnen de financiële mogelijkheden een zo optimaal mogelijk rendement te verkrijgen dan wel de rentelasten zo veel mogelijk te beperken. Hierbij moeten de risico's zo goed mogelijk worden onderkend en beheerst. Het tot nu toe gehanteerde beleid is, dat het eigen vermogen volledig wordt ingezet als intern financieringsmiddel en niet wordt belegd. Ook wordt geen gebruik gemaakt van rente-instrumenten. Dit beleid wordt in 2024 voortgezet. Binnen de in het financieringsstatuut opgenomen randvoorwaarden worden eventuele tijdelijke financieringsoverschotten of -tekorten tegen gunstige rentepercentages uitgezet of aangetrokken.

Rentebeleid (renterisico's)

Terug naar navigatie - Rentebeleid (renterisico's)

Toerekening rente aan investeringen
Onze gemeente streeft naar een evenwichtige samenstelling van de balans. Er wordt in een aantal gevallen gewerkt met een vast rentepercentage voor de toerekening van de rentelasten aan investeringen (bijvoorbeeld rioleringsinvesteringen). Dit rentepercentage blijft gedurende de hele levensduur van de investering aan deze investering gekoppeld.

Aan grondexploitaties met negatieve boekwaardes wordt op werkelijke basis rente toegerekend. Op begrotingsbasis wordt geen rekening gehouden met rentebaten vanuit de grondexploitaties. Uitgangspunt hierbij is dat de verschillende exploitaties budgettair neutraal verlopen.

Daarnaast maken wij voor de aan de taakvelden toe te rekenen rente gebruik van de zogenoemde ‘renteomslag’. Deze methodiek van rentetoerekening is ook in 2023 toegepast. In onderstaand schema wordt weergegeven hoe de rentetoerekening plaats vindt.

Rentetoerekening
Vanaf 2017 is een BBV wijziging voor de rentetoerekening en renteberekening van toepassing. Een belangrijk onderdeel van deze wijziging betreft de renteberekening over het eigen vermogen en de grondexploitatie. De commissie BBV adviseert vanwege het inzicht, de eenvoud en transparantie geen rentevergoeding over het eigen vermogen te berekenen. Voor de grondexploitatie moet gebruik worden gemaakt van een gewogen gemiddeld rentepercentage.

Een ander onderdeel betreft de verantwoording van de rentelasten op één centraal taakveld Treasury. Wel mag vanuit dit taakveld rente  worden doorbelast naar andere taakvelden voor de activa behorend tot deze taakvelden. 

Met deze aanbeveling van de commissie BBV wordt met ingang van 2017 geen rente meer berekend over het eigen vermogen. Om te voorkomen dat deze reserves onvoldoende dekking bieden aan het doel waarvoor ze dienen, worden ze gecompenseerd met een inflatiecorrectie. Deze inflatiecorrectie bedroeg voor 2023 totaal € 117.286,-.

 

RENTESCHEMA 2023

 

 

a.

Externe rentelasten korte en lange financiering

 

 978.518

b.

Externe rentebaten

 

1.108.754

 

 

 

 

c.

Totaal door te berekenen externe rente

 

 -130.236

 

Rente die aan de Grondexploitatie moet worden doorberekend

29.211

 

 

Rente projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend

n.v.t.

 

 

 

 

 29.211

 

 

 

 

d1.

Saldo door te rekenen externe rente

 

-159.447

 

Rente over het Eigen Vermogen

 

0

d2.

Rente voorzieningen (waardering op contante waarde)

0

 

De aan taakvelden toe te rekenen rente

 

-159.447

 

 

 

 

e.

De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (incl. overhead)

 

-  1.012.212

 

 

 

 

f.

Renteresultaat taakveld Treasury

 

-  1.171.659

Financieringspositie

Terug naar navigatie - Financieringspositie

De financieringspositie per 1 januari 2023 geeft een begroot financieringstekort. Opgemerkt moet worden dat hierbij de middelen van bijna € 22,8 miljoen (peildatum: 1 januari 2023) uit de reserve verkoopopbrengst NUON-aandelen buiten beschouwing zijn gelaten. Dit vanwege het feit dat het rendement op deze middelen dient ter compensatie van de weggevallen dividendopbrengsten. In het algemeen wordt geprobeerd een financieringstekort tijdelijk aan te vullen door het aantrekken van kort geld. Dit is niet altijd toegestaan in verband met de zogenoemde kasgeldlimiet.

Op grond van de Wet Fido is de gemeente verplicht per kwartaal de gemiddelde netto vlottende schuld te berekenen. Als deze gemiddelde liquiditeitspositie van drie achtereenvolgende kwartalen de kasgeldlimiet overschrijdt, moet de gemeente de drie kwartaalrapportages toezenden aan de toezichthouder, vergezeld van een plan om weer aan de kasgeldlimiet te voldoen.

De gemiddelde netto schuld in elk van de kalenderkwartalen van 2023 in verhouding tot de kasgeldlimiet is in onderstaand overzicht weergegeven:

Netto vlottende schuld (x € 1.000,-)

  1e kwartaal 2023 2e kwartaal 2023 3e kwartaal 2023 4e kwartaal 2023
Gemiddelde schuld -22.815 -24.723 -34.475 -35.762
Toegestane kasgeldlimiet

6.464

6.464 6.464 6.464
Ruimte 29.279 31.187 40.939 42.226

De werkelijke financieringspositie en de daarbij behorende financieringsbehoefte zijn, ondanks de periodieke berekening van de liquiditeitspositie, vaak moeilijk in te schatten. Dit heeft onder andere te maken met de voortgang van de uitvoering van diverse projecten en de daaruit voortvloeiende investeringen. Ook uitgaven als gevolg van de in exploitatie zijnde bestemmingsplannen spelen hierbij een belangrijke rol. Bij de grondexploitatie moet overigens enerzijds rekening worden gehouden met het aankopen van grond, de kosten van bouw- en woonrijp maken en anderzijds met de verkoop van grond.

Liquiditeitspositie

Terug naar navigatie - Liquiditeitspositie

Door een goed beheer van de dagelijkse saldi wordt gestreefd naar een optimaal rendement en wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie steeds voldoende is om aan de betalingsverplichtingen te kunnen voldoen. Het betalingsverkeer verloopt daarbij voornamelijk via onze huisbankier de BNG.

Bij het optimaliseren van het renteresultaat kunnen voor het aantrekken of uitzetten van geld als gevolg van de liquiditeitspositie, in overeenstemming met het financieringsstatuut en de regelgeving voor het schatkistbankieren, meerdere partijen benaderd worden voor offertes. Aan de hand van deze offertes wordt een keuze gemaakt.

Als de rentepercentages van kort geld aanzienlijk lager liggen dan die van langlopende leningen, wordt zo veel mogelijk met kort geld gefinancierd. Uiteraard voor zover dit mogelijk is binnen het wettelijk kader van de kasgeldlimiet en de voorwaarden van de rekening-courantovereenkomst met de huisbankier.

Leningenportefeuille

Terug naar navigatie - Leningenportefeuille

De omvang van de in het begrotingsjaar aan te trekken geldleningen hangt mede af van de te ramen investeringen. Dit wordt in de programmabegroting bepaald aan de hand van bijlage B. Overzicht investeringen en uitgaven per programma.

In 2023 is er een nieuwe langlopende lening aangetrokken van 25 miljoen euro. Een overzicht van de lopende leningen is opgenomen in het bijlagenboek van de jaarrekening. De werkelijke stand van de opgenomen leningen per 31 december 2023 bedraagt ruim 44,2 miljoen euro. Door de verschillen in rentepercentages is ook in 2023  maximaal met kort geld gefinancierd.

Geïnvesteerd vermogen/financieringsstructuur

Terug naar navigatie - Geïnvesteerd vermogen/financieringsstructuur

Het geïnvesteerd vermogen per 1 januari en 31 december 2023 bedroeg respectievelijk € 93,4 en € 102,4 miljoen euro. Het gaat hierbij om de totale boekwaarde van de geactiveerde kapitaaluitgaven. De verstrekte geldleningen maken onderdeel uit van het geïnvesteerde vermogen. Deze hebben echter geen budgettaire gevolgen voor de gemeente (bijv. duurzaamheidsleningen, startersleningen en de verstrekte hypothecaire geldleningen aan het personeel). Het gaat hierbij om een totaalbedrag van ca. € 3,4 miljoen euro.

Het deel van het per 31 december 2023 geïnvesteerde vermogen dat budgettaire lasten voor de gemeente veroorzaakt, bedraagt € 99 miljoen euro (€  102,4 miljoen -/- € 3,4 miljoen euro). Het totaal geïnvesteerd vermogen is voor ruim 44,2 miljoen euro gefinancierd met vreemd vermogen (= opgenomen langlopende geldleningen) en het restant van € 54,8 miljoen euro met eigen middelen.

Gezien de gemiddelde rentelast van het per 31 december 2023 met vreemd vermogen gefinancierde deel, kan worden geconcludeerd dat de financieringsstructuur en in relatie hiermee ook het weerstandsvermogen van onze gemeente, op 31 december 2023 als voldoende kan worden beoordeeld.

Omslagrente

Terug naar navigatie - Omslagrente

De berekening van de renterisiconorm is opgenomen in onderstaand overzicht. Uit dit overzicht blijkt dat onze gemeente vrijwel geen renterisico loopt. Wanneer de omslagrente lager is dan de marktrente, ontstaat er een risico. Dit is een gevolg van het feit dat hieruit een financieel nadeel voortvloeit voor de begroting. Als het rentepercentage van nieuw aan te trekken leningen lager is dan de geraamde omslagrente van 0,75%, blijft het renterisico acceptabel. 

De rentegevoeligheid – het renterisico – kan worden gedefinieerd als de mate waarin het saldo van de rentelasten en rentebaten verandert door wijziging in het rentepercentage op leningen en uitzettingen met een rentelooptijd van één jaar of langer.

Bij de inwerkingtreding van de wet FIDO is het begrip ‘renterisiconorm’ ingevoerd. Uitgangspunt hierbij is om zo veel mogelijk spreiding in de looptijden van leningen aan te brengen. De renterisiconorm bedraagt 20% van het begrotingstotaal.

 

Renterisico per 2023 (x € 1.000,-)

Uitkomst 2023

Begroot 2024

Begroot 2025

Begroot 2026

1.

Renteherziening op vaste schuld o/g

0

0

0

0

2.

Te betalen aflossingen

1.831

2.664

2.517

3.351

3.

Renterisico op vaste schuld (1+2)

1.831

2.664

2.517

         3.351

4.

Renterisiconorm

15.210

16.455

16.366

15.773

5.

Ruimte (+)/Overschrijding (-); (4-3)

 

13.379

13.849

12.422

12.477

 

Berekening renterisiconorm

 

 

 

 

4a.

Begrotingstotaal lasten

76.049

82.274

81.829

78.863

4b.

Percentage

20%

20%

            20%

20%

4.

Renterisiconorm berekend op basis van cijfers 2023 en programmabegroting 2024-2027 (4a x 4b)

15.210

16.455

16.366

15.773

Beheer beschikbare liquiditeiten

Terug naar navigatie - Beheer beschikbare liquiditeiten

Kasbeheer

Saldo- en liquiditeitsbeheer
Voor het liquiditeitsbeheer zijn overeenkomsten met de BNG (geïntegreerde dienstverlening) en de Rabobank gesloten. Hierdoor kunnen tekorten aan financiële middelen op een voordelige wijze worden geleend en kan de gemeente tegen voordelige voorwaarden snel over voldoende middelen beschikken. Daarnaast is van belang dat het Rijk alle financiële transacties met de gemeente verrekent bij de BNG (dit geldt overigens voor alle gemeenten). Na de invoering van het schatkistbankieren is het eventueel uitzetten van overtollige liquide middelen bij commerciële banken niet toegestaan, maar alleen bij ’s Rijks schatkist of andere lokale overheden, waarbij geen toezichtrelatie bestaat.

Geldstromenbeheer
Voor een optimaal beheer van de geldstromen is een goede liquiditeitsprognose een belangrijk instrument. Dit brengt een inspanningsverplichting voor de totale organisatie met zich mee. Een continu bijstellen van de liquiditeitsprognose, met als basis de planning van de investeringen, is daarbij van groot belang. Het beheersen van de risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitsplanning en meerjareninvesteringsplanning, waardoor de financieringskosten hoger kunnen uitvallen dan geraamd, vraagt de nodige inspanning. Het verkrijgen van betrouwbare informatie is hierbij cruciaal. Ook het aanscherpen van het debiteurenbeheer en de invordering van belastingen speelt hierbij een belangrijke rol. Het niet nakomen van betalingsverplichtingen heeft invorderingsmaatregelen tot gevolg. In de eerste fase wordt een betalingsherinnering gestuurd, daarna een aanmaning en in de derde fase een (dwang)invordering, door gebruik te maken van een (gerechts)deurwaarder. Door een adequate uitvoering van deze invorderingsmaatregelen blijft de afboeking van oninbare vorderingen tot een minimum beperkt.

Duurzame toegang tot financiële markten
Een gemeente heeft als overheidsinstelling een zogenoemde AAA-rating. Dit houdt in dat een gemeente door geldverstrekkers als zeer kredietwaardig wordt beschouwd. Als gevolg hiervan is de toegang tot financiële markten gegarandeerd en kan een gemeente tegen gunstige voorwaarden lenen. Bovendien heeft de gemeente Nunspeet door de overeenkomsten met de banken een zeer snelle toegang tot de financiële markten. Overigens worden bij het aantrekken van nieuwe leningen offertes gevraagd bij meerdere geldverstrekkers.

Leningenportefeuille
Onderstaande tabel geeft inzicht in de samenstelling, de grootte en de rentegevoeligheid van de opgenomen leningen.

De mutaties als gevolg van een nieuwe aangetrokken langlopende lening, jaarlijkse  aflossingen en rente zijn:

 

Mutaties in leningenportefeuille

Bedrag (x € 1.000,-)

Gemiddelde rente

Stand per 1 januari 2023

21.096

2,1%

Nieuwe leningen

25.000

 

Reguliere aflossingen

-1.831

 

Vervroegde aflossingen

0

 

Stand per 31 december 2023

44.265

 

Voor de komende jaren zullen er, gezien de investeringen volgens het overzicht ‘investeringen en uitgaven per product’, nog een aantal nieuwe geldleningen worden aangetrokken. Hierdoor zullen de rentelasten stijgen.

Organisatie
In het Financieringsstatuut en de financiële verordening is opgenomen welke personen bevoegd zijn tot het aantrekken en uitzetten van middelen. In het kader van het gemeentebrede project ‘Risico management’ is de administratieve organisatie van de treasuryfunctie beschreven.

Gemeentefinanciering
De financiering van de gemeentelijke activiteiten is de verantwoordelijkheid van het team Financiën. Hierbij wordt de gemeente als een geheel beschouwd. Dit houdt in dat bij het bepalen van de financieringsbehoefte alle inkomsten en uitgaven betrokken worden. De achterliggende gedachte daarbij is dat tijdelijke overschotten van de ene activiteit kunnen worden ingezet voor het financieren van een andere activiteit. Deze wijze van financieren wordt ook wel aangeduid als ‘totaalfinanciering’. Op deze wijze worden de rentekosten beperkt. Projectfinanciering wordt in principe niet toegepast.

Voor het bepalen van de liquiditeitspositie – dit is de mate waarin op korte termijn aan de opeisbare verplichtingen kan worden voldaan – is de zogenoemde kasgeldlimiet belangrijk. Hieronder wordt verstaan het bedrag dat maximaal als kasgeld mag worden opgenomen. Dit bedrag wordt berekend door een door het ministerie van Financiën vastgesteld percentage (voor 2022 e.v. jaren 8,5%) te vermenigvuldigen met het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. Per kwartaal wordt de gemiddelde liquiditeitspositie bepaald en getoetst aan de kasgeldlimiet. Als de gemiddelde liquiditeitspositie van drie achtereenvolgende kwartalen de kasgeldlimiet overschrijdt, moet de gemeente de drie kwartaalrapportages toezenden aan de provincie als toezichthouder, vergezeld van een plan om weer aan de kasgeldlimiet te voldoen. Voor het begrotingsjaar 2023 bedraagt de berekende kasgeldlimiet € 6.464.000,-.

Onderstaand wordt de berekening van de begrote kasgeldlimiet voor de jaren 2023 tot en met 2026 weergegeven.

 

 

 

 

 

 

Kasgeldlimiet (x € 1.000,-)

 

2023

2024

2025

2026

 

 

 

 

 

 

 

 

Begrotingstotaal

76.049

76.604

76.136

75.294

Begrotingsomvang 1 januari (is grondslag)

 

 

 

 

Toegestaan kasgeldlimiet

8,5%

8,5%

8,5%

8,5%

Kasgeldlimiet in bedrag

6.464

6.511

6.472

6.400

Jaarverslag - Paragraaf Bedrijfsvoering

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Nadat de gemeenteraad in de programmabegroting en beleidsnotities heeft bepaald wat de gewenste maatschappelijke effecten en doelstellingen van het beleid zijn en welke budgetten daarvoor beschikbaar zijn, neemt het college de uitvoering ter hand. Het geheel van uitvoeringsmaatregelen – inclusief de effectieve en efficiënte inzet van middelen, het hanteren van een systeem van planning & control en de voorbereiding van raadsbesluiten – noemen wij de gemeentelijke bedrijfsvoering.
De bedrijfsvoering is een bevoegdheid en verantwoordelijkheid van burgemeester en wethouders. In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de bedrijfsvoering.

Organisatieontwikkelingen

Terug naar navigatie - Organisatieontwikkelingen

Als gemeente Nunspeet hebben we te maken met grote maatschappelijke vraagstukken. Denk aan duurzaamheid, energietransitie, woningbehoefte, Omgevingswet, stationsomgeving, stikstofproblematiek, vluchtelingenproblematiek en een groep ontevreden inwoners.

Onze missie: we staan - met het bestuur, onze inwoners en bedrijven voor een mooi en sociaal Nunspeet, Elspeet, Hulshorst en Vierhouten, waar het fijn wonen, werken en recreëren is - waar iedereen telt en waar we samen verantwoordelijk zijn - we zijn een betrouwbare en proactieve partner in het ondersteunen van initiatieven en zetten ons in voor een optimale en klantgerichte dienstverlening.

Onze visie: we doen ons werk voor de Nunspeetse samenleving professioneel, collegiaal en samenwerkend als één geheel. We vertrouwen elkaar, waarderen elkaar, houden rekening met elkaar en zijn open naar elkaar. We investeren in de toekomst van Nunspeet en geven ruimte aan ambities, initiatieven en nieuwe ideeën.

Wij dragen zorg voor een optimale gemeentelijke dienstverlening vanuit een professionele, flexibele en strategisch daadkrachtige organisatie waar het fijn werken is!  Dit gaan we bereiken door een klantgerichte dienstverlening, goed werkgeverschap, samenwerking en inwonerparticipatie.

Kwaliteitszorg

Terug naar navigatie - Kwaliteitszorg

Het lijnmanagement is verantwoordelijk voor de kwaliteit en het verbeteren daar van. Hierbij kan gedacht worden aan het verbeteren op basis van feedback van bijvoorbeeld inwoners en uitkomsten van controles of verbeteringen die door het team zelf worden geïnitieerd. Afgelopen jaar is extra capaciteit ingezet op het vaststellen en vastleggen van processen en procedures.

In het kader van dienstverlening zijn de volgende verbeteringen doorgevoerd:
-    Continu verzamelen klantfeedback voor de website, webformulieren en de balie burgerzaken
-    Mogelijkheid om laagdrempelig en ook anoniem feedback te geven op de dienstverlening
-    Aantrekken van een adviseur participatie waarbij de insteek is om dit jaar het participatieplatform te lanceren
-    Verschillende acties met  betrekking tot (interne) bereikbaarheid. In het onafhankelijk telefonische bereikbaarheidsonderzoek is een vooruitgang geconstateerd van een 5.6 in 2022 naar een 7.6 in 2023.

 

 

Personeel- en organisatiebeleid

Terug naar navigatie - Personeel- en organisatiebeleid

Het bestuur- en managementmodel onderkent dat onze medewerkers het belangrijkste productiemiddel van de gemeente zijn. Binnen de kaders die de gemeenteraad stelt en in opdracht van burgemeester en wethouders, ontwikkelen zij het gemeentelijke beleid en leveren ambtenaren de gemeentelijke diensten. De moderne maatschappij en het moderne bestuur vragen om taakvolwassen vakmensen. Hij/zij is een deskundige sparringpartner voor politiek en bestuur, is een publiek entrepreneur en een netwerker.
De gemeente Nunspeet kiest daarom voor een organisatiebeleid dat daarop is afgestemd. In de samenwerking tussen ambtenaren en college is er respect voor elkaars inbreng, is er ruimte om inhoud te geven aan de eigen verantwoordelijkheden en wordt ingespeeld op de wederzijdse afhankelijk- en duidelijkheid over de grenzen van elkaars handelen. Er is sprake van een cultuur waarbij loyaliteit, respect en motivatie hoog in het vaandel staan.

Wat voor onze gemeente nooit een probleem is geweest, is nu wel een uitdaging geworden; het behouden en binnen halen van goede medewerkers. Andere gemeenten en organisaties  worstelen met hetzelfde fenomeen. Er is er een recruiter ingeschakeld. Verder wordt op allerlei manieren uitgedragen dat het fijn werken is bij gemeente Nunspeet.

Planning & control

Terug naar navigatie - Planning & control

Voor de beheersing en de regie van werkprocessen is een systeem van planning & control nodig. In het bestuur- en managementmodel wordt rekening gehouden met frequent overleg tussen de diverse spelers: collegeleden, directie en teammanagers.
Daarnaast kent de organisatie een systeem waarin adviezen aan college en gemeenteraad door het stafteam en de concerncontroller worden getoetst op bijvoorbeeld de juridische en financiële kwaliteit. En in de derde plaats is er de periodieke rapportage van de organisatie aan directie, college en gemeenteraad – die gestart wordt met de programmabegroting en afgesloten wordt met de programmarekening.

Planning & control is een belangrijk instrument voor een continue verbetering van de bedrijfsvoering. Hierbij moet – naast de instrumentele kant – het accent vooral worden gelegd op de verantwoordelijkheid en het gedrag. Instrumenten zijn belangrijk, maar nog belangrijker is hoe deze gehanteerd worden binnen de organisatie. Planning & control is ook een gezamenlijke mentaliteit: zeggen wat je doet (planning) en doen wat je zegt (control/verantwoording). Daar hoort ook transparantie bij: fouten maken mag, als er maar open over wordt gecommuniceerd en als er maar van wordt geleerd.

Sinds een aantal jaren maakt de Perspectievennota onderdeel uit van de Planning & Controlcyclus. Gemeente Nunspeet heeft een raadsakkoord.  Het raadsakkoord  en het  collegeprogramma vormen de input voor de meerjarenbegroting. De verantwoording van de begrotingsuitvoering vindt plaats door middel van kwartaalrapportages.

De commissie Planning en Control is  afgelopen jaar druk bezig geweest om de indicatoren die onderdeel uitmaken van de kwartaalrapportages/jaarrekening, te actualiseren.

Administratieve organisatie en interne controle

Terug naar navigatie - Administratieve organisatie en interne controle

De controleomgeving is een basisvoorwaarde voor een goed functionerende organisatie. De aspecten ‘soft controls’, cultuur, houding en gedrag zijn hierin belangrijk. De organisatie moet zichzelf voortdurend de volgende vragen stellen:

• Wat is het ambitieniveau als organisatie? Wat kan en wil de organisatie aan? Een hele realistische vraag!
• Is onze organisatie bereid om te leren en te verbeteren?
• Is onze organisatie afgestemd op onze ambities?

Interne beheersing is voor veel organisaties in het publieke domein een uitdaging. Gemeente Nunspeet wil de bedrijfsprocessen goed op orde hebben. De bedrijfsprocessen veranderen door de verdergaande digitalisering en automatisering. De verdergaande digitalisering en automatisering van de processen hebben ook effect op de aanpak van de (verbijzonderde) interne controle. De automatiseringsomgeving en de application controls in de applicaties worden steeds belangrijker. Dit is ook terug te zien in de landelijke aandacht voor de informatiebeveiliging en privacy binnen onze organisatie. Met ingang van boekjaar 2023 dienen de colleges van burgemeester en wethouders een rechtmatigheidsverklaring af te geven. Een randvoorwaarde is dat de verantwoording over de rechtmatigheid efficiënt en effectief dient te worden vormgegeven.  Om een rechtmatigheidsverklaring te kunnen afgeven, moet de procesbeheersing goed op orde zijn en met behulp van interne controle moet aangetoond worden aan het college dat de getrouwheid en rechtmatigheid op orde zijn. Dit vraagt de nodige voorbereiding. Het college moet kunnen vertrouwen op een kwalitatief goede interne controle op basis waarvan een gefundeerd oordeel kan worden gegeven en een rechtmatigheidsverklaring kan worden afgeven. Dit vereist een professionele interne controle aanpak, vastlegging en een gestructureerde rapportage naar het college waarbij het college meegenomen moet worden in de uitkomsten van de interne controle.

Goed ingerichte processen (procesinrichting) en een goede procesbeheersing (inclusief IT) zijn noodzakelijk voor het “in control” zijn van de organisatie. Een goede procesinrichting versterkt een goede procesbeheersing en andersom versterkt een goede procesbeheersing een goede procesinrichting. Vanaf 2022 zijn we begonnen om alle processen te actualiseren, te verbeteren waar nodig aan te passen.

Doelmatigheid- en doeltreffendheidonderzoeken

Terug naar navigatie - Doelmatigheid- en doeltreffendheidonderzoeken

De effectiviteit en efficiëntie van de bedrijfsvoering vormen een rode draad door het dagelijks bestuur van de gemeente. De middelen zijn beperkt en er is een groot scala aan doelen te behalen. Kritisch doelgericht werken en verspilling voorkomen zijn dan ook aandachtspunten waarmee nagenoeg al het gemeentelijke handelen is doortrokken.

Omdat met beperkte middelen, die bovendien nauwelijks kunnen worden beïnvloed, een heel groot takenpakket moet worden uitgevoerd, hebben de gemeenten doelmatigheid- en doeltreffendheid over het algemeen hoog in het vaandel staan. De wetgever heeft in artikel 213a van de Gemeentewet voorgeschreven dat het college regelmatig onderzoek moet doen naar de doelmatigheid- en doeltreffendheid van het gevoerde beleid. Ook de manier waarop dat moet gebeuren, wordt ten dele voorgeschreven. Dit blijkt voor gemeenten een forse administratieve lastenverzwaring met zich mee te brengen. Middelgrote en kleinere gemeenten komen in de praktijk niet of nauwelijks toe aan de voorgeschreven onderzoekscyclus. Zij zijn wel degelijk bezig met doelmatigheid- en doeltreffendheid, maar voldoen formeel niet aan artikel 213a van de Gemeentewet. Daar staat geen sanctie tegenover en overigens wordt een wijziging van de wet verwacht waarbij artikel 213a wordt geschrapt of minder verplichtend gemaakt.

In Nunspeet wordt de toepassing van artikel 213a uitgevoerd door toetsing op doelmatigheid. Dit wordt met name uitgevoerd door middel van kwaliteitscontroles binnen het sociaal domein, maar ook bij het verlenen en vaststellen van subsidies. Daarnaast komt de doelmatigheid aan de orde in de onderzoeken van de rekenkamercommissie en de accountant.

Informatieveiligheid

Terug naar navigatie - Informatieveiligheid

Het college legt jaarlijks verantwoording af ten aanzien van de informatieveiligheid op basis van de Eenduidige Normatiek Single Information Audit systematiek (ENSIA). Het doel van ENSIA is om de verantwoording over de informatieveiligheidsaspecten van de Basisregistratie Personen (BRP), Paspoortuitvoeringsregeling Nederland (PUN), Digitale persoonsidentificatie (DigiD), Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG), Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT), Basisregistratie Ondergrond (BRO), Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de Gezamenlijke Elektronische Voorzieningen Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen (Suwinet) te bundelen in één systematiek. Voor de informatiebeveiliging wordt onder meer uitgegaan van de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO). ENSIA sluit aan op de gemeentelijke planning en control cyclus voor informatiebeveiliging. Hierdoor heeft het gemeentebestuur meer overzicht over de informatieveiligheid van de gemeente en kan het bestuur beter sturen en verantwoording afleggen aan de gemeenteraad en andere belanghebbenden.
Voor de informatiebeveiligingsnormen inzake DigiD en Suwinet bestaat een verantwoordingsplicht aan het Rijk door middel van een Assurance verklaring van een onafhankelijke IT auditor. De collegeverklaring omvat het op 31 december 2023 in opzet en bestaan voldoen van de beheersingsmaatregelen aan de geselecteerde normen inzake DigiD (Norm ICT-beveiligingsassessments DigiD versie 3.0 (de Norm v3.0) en Suwinet (Specifiek Suwinet normenkader Afnemers, versie 1.0). De normen staan op het openbare deel van de websites van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het Bureau Keteninformatisering Werk & Inkomen 

 

Privacy

Terug naar navigatie - Privacy

Bij de uitvoering van de gemeentelijke taken is er sprake van meerdere relevante wetten met ieder hun eigen bepalingen. Sinds mei 2018 vormt de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) het algemeen geldende wettelijk kader. De medewerkers die te maken hebben met strafrechtelijke taken hebben echter te maken met de Wet politiegegevens. De Wet politiegegevens is wel gestoeld op dezelfde uitgangspunten als de AVG, maar heeft wel een aantal specifiek voor de opsporing relevante bepalingen. Daarnaast kent de gemeente nog specifieke regelgeving, waarvan de Wet basisregistratie personen een voorbeeld is. 
De genoemde regelgeving heeft met name tot doel het bevorderen van de juiste en transparante omgang met persoonsgegevens zonder dat er directe beperkingen voor het gebruik worden opgelegd. Nu er steeds meer eisen aan gemeenten gesteld worden op het gebied van transparantie, rechtmatigheid en volgbaarheid is een groei in het volwassenheidsniveau van de omgang met persoonsgegevens noodzakelijk. Voor privacy betekent dit een doorontwikkeling op het gebied van beleid, in de uitvoering en de controle en toezicht op het gebruik van persoonsgegevens. 

Over 2023 heeft er verantwoording plaats gevonden door middel van een zelfevaluatie (Brp) en door middel van een interne audit (Wpg) en een herhalingsaudit op het verbeterplan Wpg op de naleving van deze regelgeving.
Naast de conclusies en aanbevelingen uit de zelfevaluatie en de audit zijn ook de signalen die worden ontvangen vanuit de inwoners een belangrijk signaal. In 2023 zijn er 12  datalekken geregistreerd. Van deze registraties is een datalek zowel aan de Autoriteit Persoonsgegevens als de betrokkene gemeld. Gelet op dit geringe aantal bestaat het vermoeden dat niet alle datalekken gemeld worden. Dit onderwerp verdient om die reden meer aandacht in 2024. Verder is twee keer geappelleerd door betrokkenen met de vraag of gevraagde informatie wel proportioneel is voor het doel waarvoor deze gebruikt wordt. Eén keer betrof het een verzoek op grond van de BRP, maar was geen inschrijving in Nederland bekend. Deze betrokkenen is verwezen neer het RNI. Het tweede verzoek betrof een inwoner uit een andere gemeente. Dit verzoek is doorgestuurd naar de verwerkingsverantwoordelijke gemeente.

Frauderisico

Terug naar navigatie - Frauderisico

Als onderdeel van risicomanagement is het de bedoeling om periodiek een specifieke frauderisico inventarisatie voor onze gemeente uit te voeren om te voorkomen dat er in de interne beheersing kwetsbare onderdelen overblijven die onopgemerkt blijven. Verder wordt in de kadernota rechtmatigheid 2023 aandacht gevraagd voor Misbruik en Oneigenlijk gebruik. Het college dient een uitspraak te doen in hoeverre het M&O beleid  voldoende actueel is en voldoende is afgestemd op de meest recente wetgeving en de praktijk en of het beleid feitelijk ook wordt nageleefd. De fraudeanalyse heeft plaatsgevonden en het M&M beleid is vastgesteld. Er zijn bij de analyse geen onrechtmatigheden geconstateerd.

Rechtmatigheidsverantwoording

Terug naar navigatie - Rechtmatigheidsverantwoording

Met ingang van het verslagjaar 2023 is de rechtmatigheidsverantwoording ingevoerd. Hiermee wordt verantwoording afgelegd over de naleving van de regels, die van belang zijn voor financiële handelingen van de gemeente.  Met deze verantwoording geven wij invulling aan de artikelen 10 tot en met 13 in de financiële verordening, die in december 2022 is vastgesteld.

In de rechtmatigheidsverantwoording zijn drie criteria van belang:
-    het begrotingscriterium
-    het voorwaardencriterium
-    het misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. 

De rapporteringstolerantie voor onrechtmatigheden is door de raad vastgesteld op € 50.000 euro. 

Uitgangspunten begrotingsrechtmatigheid:
De analyse en verantwoording  op begrotingsrechtmatigheid is conform de consistente werkwijze van voorgaande jaren uitgevoerd op programmaniveau. Bij de analyse is gekeken naar de overschrijdingen van de lasten op programmaniveau en onderschrijdingen van de baten. Andere afwijkingen (onderschrijding van de lasten en overschrijding van de baten) worden onder de programma’s toegelicht en daarmee tijdig aan de Raad geïnformeerd.


Hieronder is een totaaloverzicht opgenomen van de onrechtmatigheden. 

Toelichting:

1.    Begrotingscriterium
Op grond van artikel 189, lid 3 Gemeentewet zijn alle begrotingsoverschrijdingen op de totale lasten per begrotingsprogramma  (en daarmee overeenstemmende balansmutaties) onrechtmatig als deze lasten in strijd zijn met een wettelijke bepaling of met het beleid van de raad. 

In 2023 is er bij van de begrotingsprogramma's sprake geweest van overschrijdingen aan de lastenkant. De overschrijdingen passen binnen de afspraken die zijn gemaakt met de raad.

Binnen de begrotingsprogramma’s zijn op verschillende onderwerpen wel meer lasten geweest dan begroot.  Dit heeft betrekking op programma sociaal domein en onderwijs.

Toelichting programma sociaal domein:
In de decembercirculaire heeft de gemeente een extra bijdrage gekregen van € 830.000 bij de algemene uitkering inzake energietoeslag. Dit kon niet meer geraamd worden middels een begrotingswijziging. De uitgaven zijn wel in december nog geweest. Hierdoor is er een overschrijding op energietoeslag van € 800.000. Hier staan inkomsten vanuit de algemene uitkering tegenover. Deze uitgaven passen binnen de gemaakte afspraken met de raad.
Daarnaast zijn er extra uitgaven geweest voor minima beleid en jeugdlasten. Dit zijn openeinde regelingen. Deze uitgaven passen binnen de gemaakte afspraken met de raad.

Toelichting programma Onderwijs:
De overschrijding zit op het onderwijsbeleid en leerlingenzaken. Dit zijn de SiSa regelingen waardoor extra uitgaven zijn gedaan. Er is een overschrijding van € 415.000 aan de lasten kant op taakveld  2.3 onderwijsbeleid en leerlingzaken, maar  ook een overschrijding van de baten van € 418.000 op hetzelfde taakveld. Hier staan inkomsten tegenover en daardoor passen deze uitgaven binnen de gemaakte afspraken met de raad.

2.    Voorwaardencriterium
Bij dit criterium gaat het om toepassing van de eisen en voorwaarden die worden gesteld aan financiële (beheers)handelingen. Die eisen en voorwaarden hebben betrekking op doelgroep, termijn, grondslag, administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden bewijsstukken, recht, hoogte en duur.

Wij hebben vastgesteld dat er onrechtmatigheden zijn voor een bedrag van € 652.000 doordat de Europese aanbestedingsrichtlijnen niet juist zijn toegepast. 

3.    Misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium
Misbruik is het opzettelijk niet, niet tijdig, onjuist of onvolledig verstrekken van gegevens. Met als doel ten onrechte overheidssubsidies of -uitkeringen te ontvangen of niet dan wel een te laag bedrag aan heffingen aan de overheid te betalen. 
Oneigenlijk gebruik is het door het aangaan van rechtshandelingen en/of feitelijke handelingen, ontvangen van overheidsbijdragen of het niet dan wel tot een te laag bedrag betalen van heffingen aan de overheid, in overeenstemming met de tekst van de regelgeving maar in strijd met het doel en de strekking daarvan.

Uitkeringen, subsidies en vergunningen gaan alleen naar inwoners, bedrijven en instellingen die daar recht op hebben. Dit wordt getoetst aan wet- en regelgeving en interne integriteitsregelingen en -afspraken. Wij hebben interne procedures om na te gaan dat (belasting-)gelden, subsidies, uitkeringen of bijdragen, enzovoort op de juiste manieren worden ingezet en besteed. Voor verschillende beleidsterreinen hebben wij preventieve en/of repressieve maatregelen. Preventieve maatregelen zijn met name regelgeving, voorlichting en controle vooraf. Repressieve maatregelen zijn controle achteraf en sanctionering.
In 2023 is er overkoepelend beleid voor het voorkomen van misbruik- en oneigenlijk gebruik vastgesteld. 

In 2023 hebben wij geen gevallen van misbruik of oneigenlijk gebruik vastgesteld. 

In de hierna volgende tabel worden de bevindingen nader uitgewerkt:

 

Subsidies

Terug naar navigatie - Subsidies

Incidentele subsidies 2023

Subsidie ontvangende partij: Stichting het Venster
Subsidietijdvak: 2023
Subsidiebedrag: € 9.000,-
Verlening of vaststelling: Beiden

Subsidie ontvangende partij: Stichting Welzijn Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Subsidiebedrag: € 15.403,29
Verlening of vaststelling: Beiden

Subsidie ontvangende partij: Slachtofferhulp
Subsidietijdvak: 2023
Subsidiebedrag: € 9.499,-
Verlening of vaststelling: Beiden

Subsidie ontvangende partij: Stichting Oranjehof
Subsidietijdvak: 2023
Subsidiebedrag: € 3.025,-
Verlening of vaststelling: Beiden
Korte toelichting:  Incidentele subsidie om extra gemaakte  kosten met betrekking tot een accountantsonderzoek over het jaar 2022 te dekken. Verleend op grond van art. 4:23 lid 3 sub d.

Subsidie ontvangende partij: Icare thuisbegeleiding
Subsidietijdvak: 2023
Subsidiebedrag: € 66.310,-

Subsidie ontvangende partij: Humanitas Noord Veluwe
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening
Subsidiebedrag: € 7.500,- regulier + € 500,- incidenteel

Subsidie ontvangen partij: Stichting Present Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening
Subsidiebedrag: € 7.500,- regulier + € 2.500,- incidenteel

Subsidie ontvangen partij: Jansen Event Sportmanagement NK tijdrijden
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening en vaststelling
Subsidiebedrag: € 15.000,-

Subsidie ontvangen partij: Oranjehof Elspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening
Subsidiebedrag: € 8.356,30

Subsidie ontvangende partij: Stichting Taptoe Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening en vaststelling
Subsidiebedrag: € 2.000,-

Subsidie ontvangende partij: Cultuurkust
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening en vaststelling
Subsidiebedrag: € 5.000,-

Subsidie ontvangende partij: Cultuurkust
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 10.000,-

Subsidie ontvangende partij: Oranjevereniging Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 2.200,-

Subsidie ontvangende partij: Oranjevereniging Elspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 500,-

Subsidie ontvangende partij: Oranje-/IJsvereniging Vierhouten
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 500,-

Subsidie ontvangende partij: Buurtvereniging Hulshorst
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 500,-

Subsidie ontvangende partij: Stichting Bibliotheek Noordwest Veluwe
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 27.765,-

Subsidie ontvangende partij: Stichting Bibliotheek Noordwest Veluwe
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 30.000,-
Korte toelichting: Ter dekking van de kosten voor verruiming van de openingstijden van en activiteiten in de bibliotheeklocatie in Elspeet

Subsidie ontvangende partij: Stichting Bibliotheek Noordwest Veluwe
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 35.000,-

Subsidie ontvangende partij: Stichting Kansrijk wonen
Subsidietijdvak: 2023
Subsidiebedrag: € 21.360,- 
Korte toelichting: voor het financieren van de kansrijk plus woning aan Strausserf 8 voor het bieden van tijdelijke opvang voor de periode 1 januari tot en met 31 december 2023.

Incidentele subsidies 2023 met toelichting voor het toepassen van de hardheidsclausule

Subsidie ontvangende partij: SJNV
Subsidietijdvak: 2022
Verlening of vaststelling: vaststelling
Subsidiebedrag: € 1.331.290,-
Toelichting: Hardheidsclausule is toegepast m.b.t. tot de hoogte van de reserve. 

Subsidie ontvangende partij: Icare thuisbegeleiding
Subsidietijdvak: 2022
Verlening of vaststelling: vaststelling
Subsidiebedrag: € 50.224,-
Toelichting: afgezien van de verplichting een samenstellingsverklaring te overleggen.

Subsidie ontvangende partij: Stichting Korea
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening
Subsidiebedrag: € 1.000,-
Toelichting: De subsidieaanvraag voldoet niet aan alle voorwaarden, 

Subsidie ontvangende partij: Stichting Veluvine Beheer Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 21.175,-
Toelichting: de subsidieaanvraag was te laat ingediend en te laat afgehandeld.

Subsidie ontvangende partij: Stichting Vrije Academie voor Beeldende kunst Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 5.000,-
Korte toelichting reden toepassing hardheidsclausule:  in afwijking van de beslistermijn in de overgangsperiode naar nieuw kunst- en cultuurbeleid en ter dekking van een deel van het aangevraagde subsidiebedrag voor 2023 dat eerder niet kon worden toegekend bij gebrek aan voldoende budget in deze overgangsfase. Ter dekking zijn hiervoor aan het einde van 2023 resterende financiële middelen ingezet binnen het desbetreffend taakveld.

Subsidie ontvangende partij: Stichting Veluvine Beheer Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 10.000,-
Korte toelichting: in afwijking van de beslistermijn in de overgangsperiode naar nieuw kunst- en cultuurbeleid en ter dekking van een deel van het aangevraagde subsidiebedrag voor 2023 dat eerder niet kon worden toegekend bij gebrek aan voldoende budget in deze overgangsfase. Ter dekking zijn hiervoor aan het einde van 2023 resterende financiële middelen ingezet binnen desbetreffend taakveld.

Subsidie ontvangende partij: Stichting Museum Nunspeet
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 5.000,-
Korte toelichting: in afwijking van de beslistermijn in de overgangsperiode naar nieuw kunst- en cultuurbeleid en ter dekking van een deel van het aangevraagde subsidiebedrag voor 2023 dat eerder niet kon worden toegekend bij gebrek aan voldoende budget in deze overgangsfase. Ter dekking zijn hiervoor aan het einde van 2023 resterende financiële middelen ingezet binnen desbetreffend taakveld.

Subsidie ontvangende partij: Heemkundige Vereniging Nuwenspete
Subsidietijdvak: 2023
Verlening of vaststelling: Verlening 
Subsidiebedrag: € 500,-
Korte toelichting: in afwijking van de beslistermijn in de overgangsperiode naar nieuw kunst- en cultuurbeleid en ter dekking van een deel van het aangevraagde subsidiebedrag voor 2023 dat eerder niet kon worden toegekend bij gebrek aan voldoende budget in deze overgangsfase. Ter dekking zijn hiervoor aan het einde van 2023 resterende financiële middelen ingezet binnen desbetreffend taakveld.

Jaarverslag - Paragraaf Verbonden partijen

Paragraaf Verbonden partijen

Terug naar navigatie - Paragraaf Verbonden partijen

Wat zijn verbonden partijen? Volgens artikel 1 lid b van het Besluit begroting en verantwoording is een verbonden partij:

‘Een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de provincie onderscheidenlijk gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft’.

Vervolgens worden in de leden c en d aangegeven wat een bestuurlijk en een financieel belang is. Een bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht. Financieel belang is een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat onderscheidenlijk het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Het gaat bij verbonden partijen om de specifieke combinatie van financiële en bestuurlijke inbreng.

Bij de gemeente Nunspeet is sprake van de volgende verbonden partijen:

Directe deelnemingen in vennootschappen:

  • Bank Nederlandse Gemeenten NV;
  • NV Alliander;
  • Vitens NV;
  • NV Afvalsturing Friesland.

Overige deelnemingen:

  • Streekarchivariaat Noordwest-Veluwe;
  • Omgevingsdienst Noord-Veluwe;
  • Leisurelands;
  • Coöperatie Gastvrije randmeren;
  • Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland;
  • NV Inclusief Groep;
  • Stichting Primair Openbaar Onderwijs Noord-Veluwe;
  • Gemeentelijke of gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD) Noord- en Oost Gelderland;
  • Sportbedrijf Nunspeet.

Per verbonden partij is een risicoanalyse opgesteld. Via deze risicoanalyse wordt gekeken naar de mate van risico dat de gemeente bij de verbonden partijen loopt. Een manier van risicometing is te kijken naar de solvabiliteit. De solvabiliteit is de mate waarin de onderneming in staat is het totale vreemd vermogen terug te betalen. Het is de verhouding tussen het eigen vermogen en het totale vermogen van een onderneming. Men berekent de solvabiliteit als verhouding tussen eigen vermogen/totaal vermogen. Een solvabiliteit wordt goed genoemd als deze hoger is dan 25% (eigen vermogen is meer dan 25% van het balanstotaal).

Op grond van het Besluit begroting en verantwoording (artikel 2 BBV) moeten gemeenten voor verbonden partijen informatie opnemen. De volgende informatie moet tenminste worden opgenomen:

  1. de wijze waarop de gemeente een belang heeft in de verbonden partij en het openbaar belang dat ermee gediend wordt;
  2. het belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft aan het begin en de verwachte omvang aan het einde van het begrotingsjaar;
  3. de verwachte omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en aan het einde van het begrotingsjaar;
  4. de verwachte omvang van het financiële resultaat van de verbonden partij in het begrotingsjaar;
  5. de eventuele risico’s, als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel b, van de verbonden partij voor de financiële positie van de gemeente.

Bij de bepaling van de verwachte omvang van het eigen en vreemd vermogen en het financiële resultaat worden de meest recente jaarcijfers als basis gehanteerd. Bij de weging van het risico van verbonden partijen zal gekeken worden naar de bijdrage die de gemeente levert en het financiële nadeel dat de gemeente loopt bij een eventueel faillissement. Hierbij wordt een inschatting gemaakt van de kans dat een faillissement zich voordoet.

Bank Nederlandse Gemeenten NV

Terug naar navigatie - Bank Nederlandse Gemeenten NV

Vestigingsplaats

Den Haag

Publiek belang

De Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak.

Bestuurlijk belang

De gemeente heeft zeggenschap in de BNG via het stemrecht op de aandelen die zij bezit (één stem per aandeel van € 2,50). Het aandelenbezit wordt gezien als een duurzame belegging. Gedurende het afgelopen jaar hebben zich geen veranderingen voorgedaan in het belang van onze gemeente in de BNG.

Financieel belang

De gemeente Nunspeet bezit een aandelenbelang van 0,13% in de BNG, met een nominale waarde van € 187.688,--. De gemeente bezit 75.075 aandelen van nominaal € 2,50. Dit financieel belang is in 2023 niet gewijzigd.

Beleidsvoornemens

Geen beleidswijzigingen voorzien

Risicoanalyse

Het eigen en vreemd vermogen is gebaseerd op de  jaarcijfers 2023 van de BNG Bank.

Eigen vermogen per 1 januari  2023 € 4.615 miljoen
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 4.721 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 107.459 miljoen
Vreemd vermogen per 31 december 2023 € 110.819 miljoen
Achtergestelde schulden per 1 januari 2023 € 38 miljoen
Achtergestelde schulden per 31 december 2023 € 18 miljoen
Nettowinst na belastingen 2023 € 254 miljoen

Op basis van de verhouding eigen vermogen/totaal vermogen zou geconcludeerd kunnen worden dat de solvabiliteit niet goed is. Dat zou betekenen dat het risico hoog is. Echter het eigenaarschap ligt bij gemeenten, provincies en de Staat. De bank heeft een (door de statuten) beperkt werkterrein. Dit biedt de financiers vertrouwen en hierdoor is het risico van kredietverlening aan de BNG beperkt. Dit zorgt ervoor dat de bank tegen gunstige tarieven gelden kan aantrekken. Daarnaast vermeldt de BNG in het jaarverslag hoe zij invulling geeft aan de risicobeheersing en -controle. Het risicobeheer is gericht op handhaving van het risicoprofiel van BNG Bank. Het Internal Governance Framework (IGF) vormt de basis voor alle besluitvorming binnen BNG Bank. Het IGF beschrijft het 'Three Lines of Defense'-model en hoe het risicobeheer hierin is gepositioneerd. Onderdeel van het IGF is het Risk Management Framework (RMF), bestaande uit het overkoepelende beleid inzake algemene en specifieke risicogerelateerde onderwerpen, zoals risk governance, risk appetite framework en specifieke risico’s. Het RMF is toegesneden op het specifieke bedrijfsprofiel van BNG Bank. Risicobeheeractiviteiten zijn geïntegreerd in alle delen van de organisatie waar belangrijke risico's kunnen ontstaan. Het continue risicobeheerproces omvat het identificeren, beoordelen, meten, bewaken, rapporteren en sturen van de verschillende soorten risico's. Per saldo wordt geconcludeerd dat het risico van de BNG bank laag is.

NV Alliander

Terug naar navigatie - NV Alliander

Vestigingsplaats

Arnhem

Publiek belang

Het veiligstellen van de levering van elektriciteit onder alle omstandigheden en het genereren van dividend door belegging van middelen. Deze middelen kunnen in beginsel vrij worden aangewend voor gemeentelijke taken (algemeen dekkingsmiddel).

Bestuurlijk belang

De zeggenschap die met het aandelenbezit verband houdt, komt tot uiting in de algemene vergadering van aandeelhouders.

Financieel belang

Het financiële belang bij aandelenbezit in het algemeen is het risico van koersschommelingen en/of winstdalingen (lager dividend). Sinds 2004 is het dividend gelijk aan het pay-outpercentage van 45% van de nettowinst uit gewone bedrijfsuitoefening na belastingen. De gemeente bezit 339.318 aandelen met een nominale waarde van € 34.424. Dit belang is in 2023 niet gewijzigd. 

Beleidsvoornemens

Geen beleidswijzigingen te voorzien.

Risicoanalyse

Het eigen en vreemd vermogen 2023 en het verwacht resultaat 2023 zijn gebaseerd op de jaarcijfers 2023:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 4.570 miljoen
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 4.749 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 6.106 miljoen
Vreemd vermogen per 31 december 2023 € 6.877 miljoen
Resultaat 2023 € 267 miljoen

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 40,8%. Algemeen genomen worden een minimaal percentage van 25% als goed of gezond aangemerkt. Het resultaat over 2023 bedroeg € 267 miljoen. Over 2022 bedroeg het resultaat € 198 miljoen. Gezien het hoge eigen vermogen wordt het risico van NV Alliander als laag aangemerkt.

NV Vitens

Terug naar navigatie - NV Vitens

Vestigingsplaats

Lelystad

Publiek belang

De gemeente Nunspeet is aandeelhouder van NV Vitens, het grootste drinkwaterbedrijf van Nederland. Bij het leveren van vers en betrouwbaar drinkwater wil Vitens respectvol blijven omgaan met de natuur. Om waterbronnen te beschermen werkt het bedrijf samen met waterschappen, natuurorganisaties, gemeenten en provincies. Om verdroging te voorkomen, verplaatst het bedrijf waar nodig waterwingebieden. Ook werkt het bedrijf zo veel mogelijk met milieuvriendelijke installaties. Dit past bij de verantwoordelijkheden van de aandeelhouders: de provincies en gemeenten.

Bestuurlijk belang

De zeggenschap die met het aandelenbezit verband houdt, komt tot uiting in de algemene vergadering van aandeelhouders.

Financieel belang

De gemeente Nunspeet bezit een aandelenpakket van 24.035 aandelen met een nominale waarde van € 4.062. Dit belang is in 2023 niet gewijzigd. Het financiële belang bij aandelenbezit in het algemeen is het risico van koersschommelingen en/of winstdalingen (lager dividend). Als de solvabiliteit hoger of gelijk is aan de streefsolvabiliteit (een eigen vermogen (EV) minimaal gelijk aan 25% van het balanstotaal en een garantievermogen (EV + achtergestelde leningen minimaal gelijk aan 30% van het balanstotaal) en als de winst toereikend is, wordt aan de houders van gewone aandelen een dividend uitgekeerd van minimaal 40% en maximaal 75% van het netto resultaat.

Beleidsvoornemens

Net als over boekjaar 2022 heeft Vitens over boekjaar 2023 geen dividend uitgekeerd. Ook voor de komende jaren verwacht Vitens geen dividend uit te kunnen keren.

Risicoanalyse

Onderstaande risicoanalyse is gebaseerd op de jaarcijfers 2023 van Vitens:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 650 miljoen
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 678 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 1.447 miljoen
Vreemd vermogen per 31 december 2023 € 1.560 miljoen
Resultaat 2023

€ 27,2 miljoen

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 30%. Gezien het percentage kan geconcludeerd worden dat hiermee de solvabiliteit op orde is. Vitens is daarnaast bewust bezig met het verhogen van de solvabiliteit en de versterking van het eigen vermogen. Vitens houdt zich bezig met een primair product waar altijd vraag naar zal zijn: schoon drinkwater. Dit zorgt voor een stabiele en continue afzetmarkt. Op basis van deze argumenten en de bewuste verhoging van de solvabiliteit wordt het risico van Vitens als laag aangemerkt.

NV Afvalsturing Friesland

Terug naar navigatie - NV Afvalsturing Friesland

Vestigingsplaat

Leeuwarden

Algemeen

De NV Afvalsturing Friesland verzorgt voor de gemeente Nunspeet, en de overige SNV gemeenten, de afvalverwerking. In 2015 is de door de RNV uitgeschreven aanbesteding gegund aan NV Afvalsturing Friesland. Mede hierdoor is toen de RNV toegetreden als aandeelhouder van de NV Afvalsturing Friesland. Na de opheffing van de RNV zijn de aandelen overgedragen aan de deelnemende gemeenten.

Bestuurlijk belang

Namens de RNV-gemeenten was de gemeenschappelijke regeling Regio Noord Veluwe (RNV) aandeelhouder van NV Afvalsturing Friesland. Door de opheffing van de RNV is dit niet meer mogelijk. De gemeente Nunspeet is in 2018 zelfstandig aandeelhouder geworden in de NV Afvalsturing Friesland.

Financieel belang

In 2018 heeft de aandelenoverdracht naar de gemeenten plaatsgevonden. Nunspeet heeft 63 aandelen met een totale nominale waarde van € 28.350,--.

Beleidsvoornemens

Geen bijzondere beleidsvoornemens.

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op de jaarrekening 2022 van Afvalsturing Friesland NV.  De jaarcijfers 2023 zijn op het moment van opstellen van de jaarrekening niet beschikbaar

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 70 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 119 miljoen
Resultaat 2022 € 7,9 miljoen

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen per 31 december 2022 bedraagt 37%. Gezien het percentage kan geconcludeerd worden dat hiermee de solvabiliteit op orde is. Mede gezien de jaarlijks behaalde financiële resultaten over de afgelopen jaren, wordt geconcludeerd dat het risico van NV Afvalsturing Friesland laag is.

NV Inclusief Groep

Terug naar navigatie - NV Inclusief Groep

Vestigingsplaats

Nunspeet

Algemeen

De NV Inclusief Groep (Ondernemer in passend werk) is een geprivatiseerde organisatie die belast is met de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) voor de bij de (voormalige) RNV aangesloten gemeenten en Nijkerk.

De Dienst Sociale Werkvoorziening Noordwest-Veluwe (DSW) is opdrachtgever voor de uitvoering van de wet. De praktische uitvoering is in handen van de Inclusief Groep. Men begeleidt mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt naar werk en biedt hen daarbij scholing en/of leerwerktrajecten. De werkzaamheden voor de doelgroep worden verricht in vier werkbedrijven die eigendom zijn van de Inclusief Groep. Die bedrijven opereren in de sectoren industrie (metaal, hout, elektra, verpakken, montage), dienstverlening (schoonmaak, groen, kwekerij, schilderwerken) en (groeps)detachering.

Bestuurlijk belang

Door de opheffing van de RNV zijn de afzonderlijke gemeenten in 2018 aandeelhouder geworden van de Inclusief Groep. De gemeente heeft 3.120 aandelen met een nominale waarde (incl. agio) van € 416.520,--.

Financieel belang

Via het aandeelhouderschap is de gemeente Nunspeet financieel medeverantwoordelijk voor de Inclusief Groep.

Beleidsvoornemens

In het kader van de komst van de Participatiewet vindt onderzoek plaats naar de toekomst van de sociale werkvoorziening.

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op de concept jaarrekening 2023 van de Inclusief Groep.

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 6,9 miljoen
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 6,8 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 9,9 miljoen
Vreemd vermogen per 31 december 2023 € 9,4 miljoen
Resultaat 2023 -/- € 120.000

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 41,9%. Dit veronderstelt een laag risico voor de eigenaren. In het jaarverslag 2023 geeft de Inclusief Groep in de Toekomstparagraaf een doorkijk naar de komende jaren. Zij zien een aantal risico's op zich afkomen met financiële gevolgen. Gezien het gepresenteerde meerjarige perspectief en de voor het jaar 2024 en verder begrote negatieve resultaten van jaarlijks rond de € 850.000,-  komen de liquiditeit en solvabiliteit van de Inclusief Groep onder druk te staan. Gezien de onderkende risico's, onzekerheden en onduidelijkheden wordt het risico als hoog aangemerkt.

Gemeenschappelijke regeling Streekarchivariaat Noordwest-Veluwe

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke regeling Streekarchivariaat Noordwest-Veluwe

Vestgingsplaats

Elburg

Publiek belang

Deelnemende gemeenten zijn Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet en Oldebroek. Deze gemeenten werken samen voor de uitvoering van het bepaalde in hoofdstuk V van de Archiefwet 1995. Het beheer van en het toezicht op archiefbescheiden gebeurt op gemeenschappelijke basis.

Bestuurlijk belang

De gemeente Elburg is centrumgemeente. De Archiefcommissie Streekarchivariaat Noordwest-Veluwe adviseert het gemeentebestuur van Elburg over beleidzaken. De gemeente is door de burgemeester vertegenwoordigd in de Archiefcommissie.

Financieel belang

De gemeenten betalen een jaarlijkse bijdrage aan het streekarchivariaat. In 2023 bedroeg de gemeentelijke bijdrage  € 238.600,--. De gemeente is financieel medeaansprakelijk voor de gemeenschappelijke regeling.

Beleidsvoornemens

Geen bijzondere beleidsvoornemens.

Risicoanalyse

De gemeente loopt een beperkt risico. De kans op een faillissement van het streekarchivariaat wordt laag ingeschat. Het totale risico wordt laag ingeschat.

Omgevingsdienst Noord-Veluwe

Terug naar navigatie - Omgevingsdienst Noord-Veluwe

Vestigingsplaats

Harderwijk

Publiek belang

Omgevingsdienst Noord-Veluwe voert vanaf 1 april 2013 de milieutaken op de Noord-Veluwe uit. Dit gebeurt in opdracht van de gemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Nunspeet, Oldebroek en Putten en van de Provincie Gelderland. De adviseurs van ODNV bieden hoogwaardige kennis en expertise op het gebied van vergunningverlening, toezicht, handhaving en milieuadvies.

Bestuurlijk belang

De portefeuillehouder Milieu is lid van het dagelijks bestuur.

Financieel belang

De gemeenten betalen een bijdrage aan de omgevingsdienst voor het uitvoeren van de taken. Voor 2023 bedroeg de gemeentelijke bijdrage € 842.000,--.

Beleidsvoornemens

De Omgevingsdienst Noord-Veluwe is met ingang van 1 januari 2024 gefuseerd met de Omgevingsdienst IJsselland.

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op de (niet-vastgestelde) jaarstukken 2023:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 713.000
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 1.459.000
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 1.609.000
Vreemd vermogen per 31 december 2023 € 2.312.000
Resultaat 2023 € 1.324.000

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 38,7%. Op basis van dit percentage kan geconcludeerd worden dat de solvabiliteit op orde is. Daarnaast zullen de taken die de ODNV voor de gemeente uitvoert naar de gemeente terugkomen of moeten deze op een andere manier georganiseerd worden. De kans op een faillissement wordt laag ingeschat. De ODNV voert milieutaken voor de gemeenten uit die bij een faillissement anders georganiseerd moeten worden. Dit zal niet snel gebeuren. Per saldo wordt het risico laag ingeschat.

Leisurelands

Terug naar navigatie - Leisurelands

Vestigingsplaat

Arnhem

Publiek belang

Leisurelands beheert en exploiteert de volgende recreatiegebieden: Berendonck, Bussloo, Groene Heuvels, Haven Hattem, Heerderstrand, Surfoever Hoge Bijssel, Strand Horst, Kievitsveld, Mookerplas, Nieuw Hulckesteijn, Strand Nulde, Rhederlaag, Wylerbergmeer, Zandenplas en Zeumeren.

De handelsnaam van RGV Holding B.V. is Leisurelands. Onder RGV Holding vallen drie vennootschappen die actief zijn. Leisurelands Exploitatie B.V. en Leisurelands Onroerend Goed B.V. houden zich bezig met de kernactiviteit van Leisurelands, namelijk het exploiteren van recreatievoorzieningen. De activiteiten van de derde actieve vennootschap, Interhuis B.V., met haar dochtervennootschappen SchatEiland Zeumeren B.V., Zeumeren B.V., RGV Delfstoffen B.V. en Katerbosch B.V. zijn niet direct gerelateerd aan dagrecreatie, maar zijn erop gericht de kernactiviteit te ondersteunen.

Bestuurlijk belang

De gemeente is vertegenwoordigd in het algemeen bestuur door de portefeuillehouder recreatie.

Financieel belang

De gemeente verstrekt geen bijdrage in de exploitatielasten.

Beleidsvoornemens

Geen bijzondere beleidsvoornemens

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op de jaarrekening 2022 van Leisurelands. De jaarstukken 2023 waren op het moment van opstellen van de jaarrekening niet beschikbaar:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 77 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 15 miljoen
Resultaat 2022  -/- € 2,2 miljoen

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 83,8%. Dit veronderstelt een laag risico voor de eigenaren. Het resultaat van Leisurelands wordt voor een groot deel bepaald door opbrengsten uit vermogensbeheer.  Het operationele resultaat laat een fluctuerende trend zien. Ten opzichte van 2021 is het operationele resultaat 2022 verbeterd. Daartegenover zijn de opbrengsten uit vermogensbeheer sterk verslechterd (- € 9,4 miljoen). Per saldo is het resultaat ten opzichte van 2021 verslechterd. Gezien de solvabiliteit wordt het risico voor de gemeente desondanks laag ingeschat.

Coöperatie Gastvrije Randmeren

Terug naar navigatie - Coöperatie Gastvrije Randmeren

Vestigingsplaats

Harderwijk

Publiek belang

Gastvrije Randmeren is een samenwerkingsverband voor de Randmeren, in de vorm van een coöperatieve vereniging. De deelnemers zijn in eerste instantie de gemeenten Almere, Blaricum, Bunschoten, Dronten, Eemnes, Elburg, Ermelo, Harderwijk, Huizen, Kampen, Naarden, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde. De coöperatie heeft de volgende taken:

  • Hoofdtaak van de coöperatie is het structureel onderhouden van de recreatieve voorzieningen in de Randmeren. Het gaat daarbij onder andere om het onderhouden van aanlegplaatsen  voor de recreatievaart, het verminderen van de overlast door waterplanten in dieper water  en het uitvoeren van overig klein onderhoud.
  • De Randmeren staan bekend om hun natuurschoon, rust en ruimte. Er wordt veel aan gedaan om de natuurwaarden in het gebied te versterken. Veel vogels profiteren van het heldere water en de overvloed aan voedsel. De natuur maakt de Randmeren aantrekkelijk voor de recreant, maar is ook kwetsbaar. De coöperatie Gastvrije Meren vindt het belangrijk dat bij de inrichting van het gebied de balans tussen natuur en recreatie voorop staat. Gastvrije Randmeren rekent het bewaren en bevorderen van het natuur- en landschapsschoon in het gebied tot één van haar taken.
  • Een andere belangrijke taak van de coöperatie is het op de recreatieve kaart zetten van de Randmeren via gebiedspromotie. De gebiedspromotie zal de komende jaren verder worden uitgebouwd.
  • Afronding van het project Integrale Inrichting Veluwerandmeren (IIVR) vindt plaats onder verantwoordelijkheid van Gastvrije Randmeren. Daarnaast moet de ontwikkelingsvisie 2030 Zuidelijke Randmeren (Blauwe As) verder vorm gegeven worden.
  • Verder vormt Gastvrije Randmeren een platform waar ruimtelijke-economische ontwikkelingen kunnen worden afgestemd. Ook kan het samenwerkingsverband gecoördineerd haar deskundigheid op het gebied van vergunningen en procedures inzetten en het gezamenlijk belang van gemeenten inbrengen in regionale en landelijke projecten. Voorbeelden zijn de maatregelen rond de zwemwaterkwaliteit, het Delta-programma, etc.

Bestuurlijk belang

De gemeente is vertegenwoordigd in de algemene ledenvergadering door de portefeuillehouder recreatie.

Financieel belang

De gemeente participeert in het eigen vermogen van de coöperatie.  Daarnaast verstrekt de gemeente een jaarlijkse bijdrage van € 19.000,--.

Beleidsvoornemens

Geen bijzondere beleidsvoornemens.

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op de jaarrekening 2022 van coöperatie Gastvrije Randmeren. Op het moment van opstellen van de jaarrekening 2023 waren de jaarcijfers 2023 van de coöperatie niet beschikbaar:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 11,5 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 1.090.000
Resultaat 2022 -/- € 505.000

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen is bijna 91,4%. De gemeente betaalt geen bijdrage in de exploitatielasten van de coöperatie. De coöperatie beheert ontvangen subsidiegelden (ook van de gemeente Nunspeet) en voert daarvoor werkzaamheden uit. Het risico van de coöperatie wordt laag ingeschat.

Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) Noord- en Oost Gelderland

Terug naar navigatie - Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) Noord- en Oost Gelderland

Vestigingsplaats

Warnsveld

Publiek belang

De GGD Noord- en Oost Gelderland is de gezondheidsdienst van 22 gemeenten, waaronder Nunspeet. GGD Gelre-IJssel bewaakt de gezondheid van de inwoners van de gemeenten in de regio.

Bestuurlijk belang

De gemeente is vertegenwoordigd in het algemeen bestuur door de portefeuillehouder Volksgezondheid.

Financieel belang

De gemeente betaalt een jaarlijkse exploitatiebijdrage in de vorm van een bedrag per inwoner. Voor 2023 bedroeg de gemeentelijke bijdrage aan de GGD € 560.000,--.

Beleidsvoornemens

Geen bijzondere beleidsvoornemens.

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op de jaarstukken 2023 van de GGD:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 2,7 miljoen
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 3,2 miljoen

Vreemd vermogen per 1 januari 2023

€ 8,8 miljoen

Vreemd vermogen per 31 december 2023

€ 13,3 miljoen
Resultaat 2023 € 910.000

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 19,3 %. Dit veronderstelt een laag risico voor de eigenaren. De GGD Noord Oost Nederland voert taken op het gebied van volksgezondheid uit voor de gemeente. Bij een faillissement zal de gemeente moeten meebetalen in de financiële afwikkeling. Daarnaast zullen de taken die de GGD voor de gemeente uitvoert naar de gemeente terugkomen of deze moeten op een andere manier georganiseerd worden. De kans op een faillissement wordt laag ingeschat. Per saldo wordt het risico laag ingeschat.

Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland

Terug naar navigatie - Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland

Vestigingsplaats

Apeldoorn

Bestuurlijk belang

Het algemeen bestuur van de VNOG bestaat uit alle burgemeesters van de gemeenten in de regio. Het dagelijks bestuur wordt gekozen uit het algemeen bestuur. De burgemeester van Harderwijk heeft zitting in het dagelijks bestuur namens het cluster Veluwe-West.

 Financieel belang

De gemeentelijke bijdrage 2023 bedroeg € 1.598.000,-.

 Beleidsvoornemens

Geen bijzondere beleidsvoornemens.

 Risicoanalyse

Onderliggende cijfers zijn gebaseerd op de concept jaarstukken 2023 van de VNOG:

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 17,3 miljoen
Eigen vermogen per 31 december 2023 € 19 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 35,6 miljoen
Vreemd vermogen per 31 december 2023 € 26 miljoen
Resultaat 2023 € 2,8 miljoen

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 42,2%. De VNOG voert taken uit voor de gemeente. De taken die de VNOG voor de gemeente uitvoert zullen naar de gemeente terugkomen of moeten op een andere manier georganiseerd worden. De kans op een faillissement wordt laag ingeschat. De VNOG voert brandweertaken voor de gemeenten. In het kader van de vastgestelde toekomstvisie op de uitvoering van de taken is de VNOG bezig met de uitvoering van deze visie. Een deel van de opdrachten is uitgevoerd of in gang gezet. Een deel is in verband met de coronacrisis blijven liggen. Vooralsnog wordt het risico laag ingeschat.

Stichting primair openbaar onderwijs Noord-Veluwe (Proo)

Terug naar navigatie - Stichting primair openbaar onderwijs Noord-Veluwe (Proo)

Vestigingsplaats

Harderwijk

Algemeen

De gemeenteraden van Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek en Putten hebben in december 2002 besloten het bevoegd gezag van het openbaar primair onderwijs per 1 januari 2003 over te dragen aan de Stichting Openbaar Primair Onderwijs Noordwest-Veluwe. Door het onderbrengen van het bevoegde gezag in een stichting komt het openbaar onderwijs in een vergelijkbare positie als het bijzonder onderwijs, in die zin dat er een autonoom bestuur is dat zowel beleidsinhoudelijk als vermogensrechtelijk zelfstandig opereert. Het toezicht op de stichting is overgedragen aan de deelnemende gemeenten. De stichting Proo heeft voor de periode 2004-2008 een strategisch beleidsplan opgesteld, waarin de visie en missie worden beschreven voor het openbaar basisonderwijs in de regio Noordwest-Veluwe. Vanwege de toetreding van de gemeente Heerde per 1 januari 2006 heet de stichting voluit: Stichting primair Openbaar onderwijs Noord-Veluwe.

Bestuurlijk belang

Het toezicht op de stichting is overgedragen aan de deelnemende gemeenten.

Financieel belang

Aan de stichting wordt door de gemeente geen financiële bijdrage verstrekt. De stichting ontvangt financiële middelen rechtstreeks van de rijksoverheid. De gemeenten blijven financieel aansprakelijk voor de stichting.

Beleidsvoornemens

Het belang van het openbaar onderwijs in de deelnemende gemeenten (blijven) behartigen.

Risicoanalyse

Onderstaande cijfers zijn ontleend aan de jaarrekening 2022. De jaarstukken 2023 waren op het moment van opstellen van de jaarrekening niet beschikbaar.

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 3,6 miljoen
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 5,1 miljoen
Resultaat 2022 -/- € 318.000

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 40,9%. Op basis van de blijvende verbetering van de financiële situatie van stichting Proo wordt het risico voor de stichting op laag ingeschat.

Sportbedrijf Nunspeet

Terug naar navigatie - Sportbedrijf Nunspeet

Vestigingsplaats
Nunspeet

Algemeen
Met ingang van 1 januari 2017 is het Sportbedrijf Nunspeet BV actief. Het sportbedrijf heeft de volgende taken:
- het exploiteren van de gemeentelijke indoor sportfaciliteiten;
- het verrichten van werkzaamheden en verlenen van diensten en adviezen op het gebied van sport, recreatie en welzijn, daaronder begrepen het organiseren van evenementen.

Bestuurlijk belang
Gemeente Nunspeet is 100% aandeelhouder van het Sportbedrijf. Namens het college is de wethouder Financiën gemandateerd als vertegenwoordiger in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders.

Financieel belang
De gemeente is 100% aandeelhouder van het Sportbedrijf.

Beleidsvoornemens
Geen bijzondere beleidsvoornemens

Risicoanalyse
Onderstaande cijfers zijn ontleend aan de jaarrekening 2022 omdat de jaarrekening 2023 op het moment van opstellen van de jaarrekening niet beschikbaar was.

Eigen vermogen per 1 januari 2023 € 50.000
Vreemd vermogen per 1 januari 2023 € 627.000
Resultaat 2022 -/- € 199.000

De verhouding eigen vermogen/totaal vermogen bedraagt 7,3%. De gemeente is 100% aandeelhouder en bij het sportbedrijf is sprake van een verschuiven van taken die anders bij de gemeente hadden gelegen. Bij een eventueel faillissement zal de gemeente financieel verantwoordelijk zijn. Gezien de omvang van het eigen vermogen wordt het risico op gemiddeld geschat.

Jaarverslag - Paragraaf Grondbeleid

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Het grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie van programma’s, zoals op het gebied van ruimtelijke ordening en milieu, verkeer en openbare ruimte, cultuur, sport en recreatie en economische structuur. Het grondbeleid heeft daarnaast een grote financiële impact. De grondexploitatie (inclusief de resultaten hieruit) is een onderdeel van de totale exploitatie van de gemeente. Gelet op de risico’s in relatie tot de omvang van de bedragen waarover het op dit terrein gaat, is een afzonderlijke paragraaf over het grondbeleid verplicht gesteld.

Beleid in ontwikkeling

Terug naar navigatie - Beleid in ontwikkeling

Het grondbeleid van de gemeente Nunspeet is vastgelegd in de Nota Grondbeleid. Deze nota is in 2017 geactualiseerd en in juni 2017 door de gemeenteraad vastgesteld. In deze nota is de te volgen grondpolitiek vastgelegd, waarbij het gaat om bijvoorbeeld aan- en verkoopbeleid ter uitvoering van bestemmingsplannen, prijsvorming, kostenverhaal en risico’s. De planning is dat deze nota in 2024 wordt geactualiseerd.

Deze paragraaf gaat vooral in op de uitvoering van het grondbeleid.

In de vastgestelde uitgangspunten voor het financieel beleid en de nota ‘Reserves en voorzieningen’ is ook beleid vastgelegd dat betrekking heeft op het grondbeleid. Er is een Woonvisie ontwikkeld waarin de toekomstige woningbehoefte is vastgelegd. In 2019 is het rapport woningmarktonderzoek gemeente Nunspeet geactualiseerd. De raad heeft op 20 februari 2020 de Woonvisie vastgesteld op basis van deze cijfers. Uit de Woonvisie komt nog een forse woningbehoefte in de gemeente Nunspeet naar voren tot en met 2030. Er is een aantal plannen dat mogelijk bij gaat dragen aan het invullen van deze behoefte, zoals 't Hul Noord en Feithenhof in Nunspeet en een uitbreiding van het plan Weversweg in Hulshorst.

In 2004 hebben gemeenten de wettelijke mogelijkheid gekregen de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) in het kader van een actief grondbeleid in te zetten.  Eigenaren van onroerende zaken in dit gebied die tot verkoop willen overgaan, mogen deze alleen aan de gemeente te koop aanbieden. Binnen twee jaar na het besluit tot aanwijzing voor het desbetreffende gebied moet een structuurplan en vervolgens een bestemmingsplan worden vastgesteld (zo niet, dan vervalt het voorkeursrecht).

De meest recente Nota Grondprijsbeleid komt uit 2018-2019. In 2021 zijn tussentijds wel de grondprijzen voor woningbouw geactualiseerd en begin 2024 de grondprijzen voor De Kolk en Bedrijventerrein Elspeet. In 2024 wordt de volledige Nota Grondprijsbeleid geactualiseerd zodat er weer een complete actuele nota is.

Bestaand beleid

Terug naar navigatie - Bestaand beleid

Met het vaststellen van de Nota Grondbeleid 2017-2020 is het beleid voortgezet om per project de keuze te maken voor een actief of een faciliterend grondbeleid. Voor actief grondbeleid wordt waar mogelijk gekozen als de gemeente minimaal budgetneutraal kan ontwikkelen of er sprake is van een specifiek maatschappelijk belang waarbij een andere (markt)partij deze ontwikkeling niet tot stand zal brengen.

Financieel kader

Terug naar navigatie - Financieel kader

Zoals weergegeven in de Nota Grondbeleid is het grondbeleid in onze gemeente gebaseerd op financieel sluitende exploitatieopzetten waarin een substantiële bijdrage aan de infrastructuur is verwerkt. Grondverkopen geschieden tegen marktconforme prijzen. Als incidenteel een prijssubsidie noodzakelijk is, gebeurt dat alleen als het hiermee gediende doel tegelijkertijd wordt gewaarborgd.

Van oudsher was al gekozen voor het realiseren van exploitaties met een positief resultaat of ten minste kostendekkendheid. Door de jaren heen heeft dit geleid tot een saldo in de grondexploitatie (reserve grondexploitatie). Hiervan is een deel niet-besteedbaar, omdat dit nodig is om exploitatierisico’s te kunnen afdekken. In de door de raad op 29 juni 2023 vastgestelde nota ‘Reserves en voorzieningen, herijking 2023’ is uitgebreid ingegaan op deze reserve. Vooral is stilgestaan bij de onderbouwing van het bodem- en plafondbedrag.

De jaarlijkse herijking van het bodem- en plafondbedrag vindt op grond van artikel 12, lid 1 van de Verordening en artikel 212 van de Gemeentewet plaats na het vaststellen van de jaarrekening.

De stand van de reserve bedroeg 9,3 miljoen euro per 31 december 2022. Bij de vaststelling van de jaarrekening 2023 is besloten om  € 1,831 miljoen, zijnde tussentijdse winstnemingen uit de grondexploitaties, toe te voegen aan de reserve. Daarnaast vindt voor het jaar 2023 een toevoeging aan de reserve plaats van  € 0,283 miljoen als gevolg van een vrijval uit de reserve voorzieningen grondexploitaties (ter dekking van de verwachte tekorten op Weversweg, Elspeterbosweg en Bedrijventerrein Elspeet). De stand van de reserve bedraagt per 31 december 2023 € 11,5 miljoen. De reserve heeft een bodem- en een plafondbedrag. Het bodembedrag is gebaseerd op een in de nota ‘Reserves en voorzieningen, herijking 2024’ opgenomen berekening. Het plafondbedrag is berekend om een buffer te hebben voor mogelijke strategische aankopen. Het bodembedrag is berekend op € 1,1 miljoen plus de winstneming van € 9,3 miljoen is per saldo dus € 10,4 miljoen. Afgezet tegen de stand van de reserve per 31 december 2023 van € 11,5 miljoen zou er circa € 1,1 miljoen beschikbaar zijn voor het doen van strategische aankopen, maar vanwege enkele geraamde onttrekkingen uit de reserve grondexploitatie in 2024 is er geen ruimte voor strategische aankopen.

Ter dekking van grondexploitaties met een financieel tekort (op eindwaarde) is er naast bovengenoemde reserve, een voorziening getroffen voor het afdekken van het tekort. Deze voorziening heeft per 31 december 2023 een saldo van € 0,594 miljoen. Dit bedrag is opgebouwd om de verwachte verliezen te dekken voor een bedrag van € 285.172,- ten behoeve van grondexploitatie Weversweg en een bedrag van € 308.498,- ten behoeve van grondexploitatie Elspeterbosweg.

De kostendekkendheid van exploitaties is een vereiste om deze tot ontwikkeling te brengen. Hiervan kan slechts worden afgeweken als sprake is van een specifiek maatschappelijk belang of als de ontwikkeling door een derde wordt geïnitieerd en de gemeente geen (financiële) risico’s loopt bij de ontwikkeling ervan.

Risico’s grondexploitatie

In de diverse grondexploitaties zijn inmiddels forse bedragen geïnvesteerd waarover de gemeente een risico loopt.

De belangrijkste risico’s in de grondexploitatie zijn:

  • Daling van grondprijzen
  • Niet of later verkopen van gronden
  • Sterke stijging van kosten

Deze risico’s kunnen zich op verschillende wijzen voordoen. De risico’s van daling van grondprijzen en het stijgen van kosten zijn algemene marktrisico’s (en vaak geen projectspecifieke risico's). Het niet of later verkopen van gronden kan op verschillende wijzen ontstaan. Enerzijds door de marktsituatie waardoor grond te duur is geworden of dat aan bepaalde woningen geen behoefte is. Anderzijds kan dit ook ontstaan door het niet of later vaststellen van bestemmings- en exploitatieplannen.

Actualiteit exploitatiegebieden

Terug naar navigatie - Actualiteit exploitatiegebieden

Bestaande exploitatiegebieden

De basis voor de lopende ontwikkelingen zijn de grondexploitatieberekeningen die door de gemeenteraad zijn vastgesteld en op jaarlijkse basis worden herzien. Het zijn de ontwikkelingen bedrijventerrein De Kolk, Molenbeek, Weversweg, Kijktuinen, bedrijventerrein Elspeet, Elspeterbosweg en Hullerweg.

Bij de jaarrekening wordt jaarlijks volledige verantwoording afgelegd over de mutaties in de grondexploitatie in het jaar waarop de rekening betrekking heeft.

Dit gebeurt als volgt:

  • In het jaarverslag wordt op hoofdlijnen een tekstuele toelichting gegeven.
  • De tekstuele toelichting per project in de paragraaf grondbeleid.
  • In het Meerjarenperspectief Grondexploitaties (MPG) staat de volledige actualisatie van alle grondexploitaties, inclusief een uitgebreide tekstuele toelichting.

Zo nodig worden ontwikkelingen ook gerapporteerd via de tussentijdse rapportages en via het Meerjarenperspectief Grondexploitaties (MPG) worden jaarlijks de geactualiseerde exploitaties vastgesteld door de raad.

Planning en realisatie 2023
De verkochte aantallen woningbouwkavels en hectares bedrijventerrein zijn voor 2023 als volgt samen te vatten:

Aantal woningen Planning 2023
Realisatie 2023
Verschil
Molenbeek 1 1 0
Kijktuinen 22 22 0
Hectares bedrijventerrein      
Bedrijventerrein Elspeet 0,39 0 -0,39

Uit de Woonvisie blijkt dat er binnen de gemeente Nunspeet volop behoefte is aan nieuwe woningen. Ondanks dat de gemeente op een aantal locaties zelf, door middel van het voeren van een actief grondbeleid, een aantal woningbouwontwikkelingen mogelijk maakt, wordt er nog niet in de behoefte aan woningen voorzien zoals deze uit het woonbehoefteonderzoek naar voren komt. Op dit moment zijn er nog slechts 58 kavels voor woningen uit te geven in de periode 2024 t/m 2026. Het gaat om de laatste 4 kavels in Molenbeek, 17 woningen in Kijktuinen en 37 woningen in Weversweg. Het huidige aanbod binnen de gemeentelijke plannen is beperkt, maar er zijn een aantal nieuwe ontwikkelingen in voorbereiding (zoals 't Hul Noord).

Toelichting afwijkingen en consequenties voor herziening grondexploitatie, zoals verwerkt in het MPG 2024:

Molenbeek
Molenbeek fase 1 is volledig afgerond. Voor fase 2 zijn alle kavels uitgegeven en voor deze fase vinden in 2024 nog de laatste werkzaamheden voor het woonrijp maken plaats. In 2022 is begonnen met de kavelverkoop voor fase 3 en in 2023 is de laatste kavel voor fase 3 verkocht. Er is ook begonnen met het woonrijp maken van fase 3. In 2024 wordt de CPO-kavel naast de supermarkt verkocht en de kantoorkavel bij de rotonde (hoek Steenzolder-Elburgerweg). De verwachting is dat alle werkzaamheden eind 2025 zijn afgerond en de grondexploitatie Molenbeek dan kan worden afgesloten. Dit jaar wordt er een tussentijdse winst genomen uit het project van circa € 620.000,-. De grondexploitatie heeft na deze winstneming nog een positief eindsaldo van circa € 325.000,-.

Kijktuinen
In 2023 is de biedprocedure ten behoeve van de verkoop van de grond voor 22 sociale koopwoningen doorlopen en dit heeft geleid tot verkoop van de grond. Ook de biedprocedure voor de 7 laag-ampère-woningen is succesvol doorlopen en de levering van deze grond vindt plaats in 2024. In 2024 rest alleen nog de verkoop van de CPO-kavel voor 10 woningen. De loting voor deze kavel heeft al plaatsgevonden. Na het opleveren van de kavels wordt het woonrijp maken van het gebied aanbesteed en na uitvoering van de werkzaamheden voor het woonrijp maken wordt het project afgerond in 2025. Dit jaar is de tussentijdse winstneming berekend op circa € 440.000,-. Na deze winstname uit het project resteert nog een positief eindresultaat van circa € 500.000,-.

Weversweg
In 2023 heeft het ontwerpbestemmingsplan voor Weversweg fase 2 ter inzage gelegen. Met dit nieuwe bestemmingsplan wordt het mogelijk om 37 woningen toe te voegen aan het plan. In maart 2024 is het plan definitief door de raad vastgesteld. Dit betekent dat er in 2024 begonnen kan worden met het bouwrijp maken van deelgebied fase 2. De gronduitgifte voor de woningen vindt naar verwachting plaats in 2025 en 2026, waarna het woonrijp maken plaatsvindt en het project eind 2027 wordt afgerond. Het resultaat voor Weversweg wordt verwacht op € 842.000,- negatief, maar omdat op balansdatum 1-1-2024 de grondexploitatie Weversweg fase 2 nog niet was vastgesteld wordt in de jaarrekening 2023 nog uitgegaan van het tekort op Weversweg fase 1 van € 285.000,- (prijspeil 1-1-2024).

Elspeterbosweg
De bouw van de woningen is afgerond en in 2024 vinden de laatste werkzaamheden voor het woonrijp maken plaats, waaronder het planten van groen en bomen, plaatsen van openbare verlichting en afronden van het straatwerk. De looptijd van de grondexploitatie is nog één jaar en eind 2024 kan het project worden afgerond. Het resultaat op eindwaarde komt uit op circa € 308.500,- negatief.

Bedrijventerrein De Kolk
In 2022 heeft het laatste deel van de uitgifte van de totaal 14 hectare bedrijfskavels in het oorspronkelijke deel plaatsgevonden. De laatste werkzaamheden voor het inrichten van de openbare ruimte zijn in 2023 afgerond. Daarmee is dit deel van de ontwikkeling gereed. Voor het deel gronden GPS zijn de eerste bouwrijp werkzaamheden in 2021 gestart. Het grootste deel van de werkzaamheden zal in 2024 plaatsvinden, waarna de opbrengsten worden voorzien in 2024 t/m 2026. In 2023 is het bestemmingsplan onherroepelijk geworden en begin 2024 zijn de uitgiftecriteria en grondprijzen voor de kavels vastgesteld. Voor het jaar 2023 is de tussentijdse winstneming berekend op € 747.211,-. Inclusief de genomen tussentijdse winstnemingen bedraagt het eindresultaat € 1.613.611,-.

Bedrijventerrein Elspeet
Begin 2023 heeft de Raad van State ingestemd met de ontwikkeling en daarna is begonnen met de bodemsanering en sloop van de opstallen aan de Apeldoornseweg, de aanleg van de rotonde aan de Uddelerweg en aanleg van een deel van de toegangsweg van het bedrijventerrein en ontsluiting van de supermarkt. Het gros van de werkzaamheden zal plaatsvinden in 2024 en 2025. Het eindresultaat werd vorig jaar nog geraamd op € 235.000,- negatief en wordt nu geraamd op € 332.000,- positief. Dit is een gevolg van de vaststelling van de uitgifteprijzen voor de bedrijfskavels.

Hullerweg
In 2023 is de grondexploitatie vastgesteld en een deel van de autosloperij aangekocht. Er is begonnen met de voorbereidingen voor het wijzigen van het omgevingsplan. In de komende periode wordt er gewerkt aan een overeenkomst met Liander. De verwachting is dat de gronden in 2024/2025 gesaneerd worden en bouwrijp gemaakt kunnen worden, waarna de verkoop aan Liander in 2025 plaatsvindt. Het resultaat van de geactualiseerde grondexploitatie Hullerweg wordt verwacht op € 247.600,- positief.

Jaarverslag - Paragraaf Gemeentelijke heffingen

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Algemeen
De gemeente ontvangt de financiële middelen waarmee de gemeentelijke taken moeten worden uitgevoerd in hoofdzaak van de rijksoverheid, in de vorm van een algemene uitkering uit het Gemeentefonds en diverse doeluitkeringen. Daarnaast beschikt de gemeente over een relatief klein eigen belastinggebied dat uiteenvalt in belastingen en rechten.

Overzicht op hoofdlijnen
De volgende belastingen en heffingen zijn in de gemeente Nunspeet te onderscheiden:
-    onroerendezaakbelastingen;
-    forensenbelasting;
-    toeristenbelasting;
-    afvalstoffenheffing;
-    rioolheffing;
-    rechten (leges, begraafplaatsrechten, marktgelden, rioolaansluitrechten).

De onroerendezaakbelastingen, forensenbelasting en toeristenbelasting dienen in principe tot het verkrijgen van algemene dekkingsmiddelen. De rioolheffing en de afvalstoffenheffing zijn heffingen die bedoeld zijn om de kosten van deze specifieke taken te dekken en mogen maximaal kostendekkend zijn. Andere heffingen waartegenover een dienst staat zoals marktgelden, begraafplaatsrechten en leges mogen eveneens maximaal 100% kostendekkend zijn op verordeningniveau.

Het beleid voor de lokale belastingen is vastgelegd in de verschillende verordeningen. Het tarievenbeleid wordt jaarlijks geformuleerd bij de vaststelling van de begrotingsuitgangspunten. De gecombineerde aanslagbiljetten onroerendezaakbelastingen, rioolheffing, afvalstoffenheffing zijn grotendeels eind januari verzonden. Voor de overige belastingsoorten gelden andere verzenddata. De belastingen zijn opgelegd in overeenstemming met de door de gemeenteraad vastgestelde verordeningen. De opbrengsten zijn verantwoord bij de diverse taakvelden.

Heffingen in Nunspeet: lokale lastendruk

Terug naar navigatie - Heffingen in Nunspeet: lokale lastendruk

De Atlas van de lokale lasten wordt jaarlijks uitgegeven door het Centrum voor onderzoek van de economie van de lagere overheden (Coelo). Hierin worden de belastingen van gemeenten, provincies en waterschappen in kaart gebracht. Zij onderzoeken jaarlijks het niveau en ontwikkelingen van de lokale lasten en publiceren dit. 

In 2023  zijn de gemiddelde woonlasten in Nunspeet, bestaande uit het bedrag dat een meerpersoonshuishouden in een woning met een gemiddelde waarde betaald aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing, in totaal € 794,-. In Gelderland is dat € 940,-.  In de Coelo-atlas staat de gemeente Nunspeet qua woonlasten voor een meerpersoonshuishouden op de ranglijst in 2023 op de 28e plek, waarbij nummer 1 de laagste woonlasten heeft (Oldebroek 100e, Elburg 77e en Hattem 288e). Binnen de provincie Gelderland staat de gemeente Nunspeet op plek 8.   

Huurders met een meerpersoonshuishouden betaalden in 2023 aan afvalstoffenheffing € 231,- en Nunspeet staat hiermee op de ranglijst op plek 10 (Oldebroek 176e, Elburg 222e, Hattem 85e en Ermelo 173e). Binnen de provincie Gelderland staat de gemeente Nunspeet op plek 6.   

 

De Nunspeetse heffingen nader beschouwd

Terug naar navigatie - De Nunspeetse heffingen nader beschouwd

Uitvoering Wet waardering onroerende zaken 

Op grond van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) zijn gemeenten verantwoordelijk voor de taxatie van onroerende zaken (gebouwen en grond). In de Wet WOZ is bepaald dat de waarde van onroerende zaken jaarlijks opnieuw moet worden vastgesteld, onafhankelijk van de voorafgaande waardevaststellingen. De waardepeildatum ligt een jaar voor de ingangsdatum (voor belastingjaar 2023 is de waardepeildatum 1 januari 2022). De werkzaamheden worden zo veel mogelijk modelmatig uitgevoerd met behulp van de hiervoor beschikbare software. Voor het jaarlijks waarderen is onder andere het bijhouden van de marktontwikkeling van groot belang. Deze wordt uitgevoerd op basis van de hiervoor in de Wet WOZ opgenomen uitgangspunten. 

De Waarderingskamer is een onafhankelijk orgaan en houdt toezicht op de waardebepaling en waardevaststelling van onroerende zaken en op de overige in de Wet WOZ geregelde onderwerpen. De herwaarderingswerkzaamheden worden zo ingepland dat de Waarderingskamer op tijd toestemming kan geven om de beschikkingen (uiterlijk) in februari, aansluitend aan het jaar waarin de herwaardering is uitgevoerd, te verzenden. Eind januari 2023 zijn de meeste beschikkingen in het kader van de Wet WOZ aan belanghebbenden verzonden. 

Het algemene oordeel van de Waarderingskamer is dat de uitvoering van de Wet WOZ in de gemeente Nunspeet goed verloopt (5 sterren) en de Waarderingskamer heeft toestemming gegeven om de WOZ-beschikkingen voor 2023 te verzenden. 

Ad 1. Onroerendezaakbelastingen

Terug naar navigatie - Ad 1. Onroerendezaakbelastingen

De OZB bestaat uit twee belastingen te weten een eigenaren- en een gebruikersbelasting.  OZB-eigenaren: Belastingplichtig zijn degenen die op 1 januari van een belastingjaar het genot hebben van een onroerende zaak op grond van eigendom, bezit of beperkt recht. OZB-gebruikers: Belastingplichtig zijn degenen die op 1 januari van een belastingjaar een onroerende zaak gebruiken.

De tarieven voor de OZB worden berekend naar een percentage van de vastgestelde WOZ-waarde. De OZB is als algemeen dekkingsmiddel verreweg de belangrijkste belastingsoort. Het voorgenomen beleid over de OZB is overeenkomstig de begroting uitgevoerd.

Ad 2. Recreatieve heffingen

Terug naar navigatie - Ad 2. Recreatieve heffingen

De forensenbelasting wordt geheven van natuurlijke personen die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, meer dan negentig dagen van het belastingjaar voor zichzelf of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden. Ten aanzien van de forensenbelasting geldt een vast bedrag per recreatieobject.

De gemeente Nunspeet heft toeristenbelasting voor het houden van verblijf binnen de gemeente door personen die niet als ingezetene in de Basisregistratie Personen zijn ingeschreven. Heffing vindt conform de verordening plaats per overnachting per persoon, voor vaste standplaatsen kan een forfaitair tarief worden gekozen voor een jaar- of (voor)seizoensplaats.

Het voorgenomen beleid over de forensenbelasting en toeristenbelasting is overeenkomstig de begroting uitgevoerd.   In 2024 zullen op basis van de door de recreatieondernemers opgegeven werkelijke aantallen de definitieve aanslagen 2023 worden opgelegd.

Ad 3. Afvalstoffenheffing

Terug naar navigatie - Ad 3. Afvalstoffenheffing

Om de kosten in het kader van het ophalen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen te verhalen, heft de gemeente Nunspeet de afvalstoffenheffing. Het uitgangspunt voor de afvalstoffenheffing is een 100%-dekking van de in begroting opgenomen kosten. Het voorgenomen beleid ten aanzien van het heffen van afvalstoffenheffing is overeenkomstig begroting uitgevoerd.

Berekening van kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing

Kosten taakveld(en) incl. (omslag)rente (incl. 60% kosten straatreiniging) € 2.435.000
Inkomsten taakveld(en), excl. Heffingen, overige inkomsten

€ 399.000

Netto kosten taakveld € 2.036.000
   
Toe te rekenen kosten:  
Overhead incl. (omslag)rente € 50.000 
BTW (inclusief BTW over 60% straatreiniging) € 511.000
Totale kosten € 2.597.000
Opbrengst heffingen € 2.282.000
Dekking (na extra onttrekking uit voorziening) 88 %

Op begrotingsbasis is het taakveld afval kostendekkend geraamd. Op werkelijke basis is er geen sprake van een 100% kostendekking. De hogere kosten voor afval kunnen niet volledig gedekt worden door een onttrekking aan de voorziening egalisatie afvalstoffenheffing.

Ad 4 Rioolheffing

Terug naar navigatie - Ad 4 Rioolheffing

De gemeente Nunspeet legt de rioolheffing op aan de eigenaar van een direct of indirect op het riool aangesloten onroerende zaak in het kader van de WOZ-wetgeving. Het uitgangspunt voor de rioolheffing is een 100%-dekking van de in begroting opgenomen kosten. Het voorgenomen beleid ten aanzien van het heffen van rioolheffing is overeenkomstig de begroting uitgevoerd.

Berekening van kostendekkendheid van de rioolheffing

Kosten taakveld(en) incl. (omslag)rente €1.559.000 
Hogere toevoeging aan voorziening € 133.000
Inkomsten taakveld(en), excl. heffingen € 77.600
Netto kosten taakveld € 1.614.400
   
Toe te rekenen kosten:  
Overhead incl. (omslag)rente € 164.000
BTW € 312.600
Totale kosten € 2.091.000
Opbrengst heffingen € 2.091.000
Dekking (na hogere toevoeging aan voorziening)  100 %

 

Ad 5 Rechten

Terug naar navigatie - Ad 5 Rechten

De gemeente Nunspeet hanteert bij de rechten in principe op verordeningniveau de maximale norm van 100% kostendekkenheid.

a. Leges
Leges worden geheven voor een door de gemeente te verlenen individuele dienst (zoals het verstrekken van een paspoort of uittreksel uit het bevolkingsregister) maar ook voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning (zoals een omgevingsvergunning).

Recapitulatie Titel 1, 2 en 3                 Taakveld Overhead Totale Kosten Totale Opbrengsten  Kostendekking 
Kostendekking Titel 1 € 319.500 € 161.100 € 480.600 € 358.500 74,6%
Kostendekking Titel 2*          
Kostendekking Titel 3 € 15.900 € 15.500 € 31.400 € 9.300 29,6%
 Kostendekking totale tarieventabel           

* Ten aanzien van de omgevingsvergunningen wordt vanaf 2023 gebruik gemaakt van een nieuw pakket. Aangezien uit dit pakket nog niet de juiste aantallen/overzichten te genereren zijn, kan de kostendekking titel 2 niet worden weergegeven.


b. Begraafrechten
Onder de naam ‘begraafrechten’ worden in Nunspeet rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van daarop betrekking hebbende diensten.

Lasten begraven en begraafplaatsen € 601.000
Baten begraven:  
Begraafrechten € 405.000
Koopsommen eigen graf

€ 122.000

Overige baten

€ 9.000

Totaal baten begraven € 536.000
   
Dekkingspercentage 89,2  %


c. Marktgelden
Onder de naam 'marktgelden' worden in Nunspeet rechten geheven voor het innemen van een standplaats op de voor markt aangewezen plaatsen gedurende de voor markt aangewezen tijd.

Kosten markt €  52.000
Overhead € 19.000
Marktgelden (inclusief inkomsten stroomverbruik) € 57.000
   
Dekkingspercentage 80 %


d. Rioolaansluitrechten
Dit recht wordt geheven voor het genot van de door of vanwege het gemeentebestuur verleende dienst, bestaande uit het aanleggen van de aansluitbuis tussen het riool en de grens van de openbare weg.

Kwijtschelding

Terug naar navigatie - Kwijtschelding

Inwoners met een laag inkomen en weinig vermogen kunnen een bijdrage afvalstoffenheffing aanvragen. Deze bijdrage is onderdeel van het minimabeleid. De bijdrage is alleen van toepassing op de afvalstoffenheffing en is net zo hoog als de opgelegde aanslag. Ook het gemeentelijke kwijtscheldingsbeleid maakt integraal deel uit van het gemeentelijk minimabeleid. Doordat de voorwaarden voor de bijdrage lichter zijn dan voor de kwijtschelding, wordt in de meeste gevallen gebruik gemaakt van de bijdrage afvalstoffenheffing. Een enkeling maakt gebruik van het recht op kwijtschelding, dit zijn met name studenten, omdat zij uitgesloten zijn van de bijdrage afvalstoffenheffing. 

Jaarverslag - Paragraaf Wet Open Overheid

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Openbaarheidsparagraaf Wet Open Overheid (Woo)

In artikel 3.5 (Openbaarheidsparagraaf) van de Woo wordt voorgeschreven dat bestuursorganen in de jaarlijkse begroting aandacht besteden aan de beleidsvoornemens inzake de uitvoering van deze wet en in de jaarlijkse verantwoording verslag doen van de uitvoering ervan, mede in relatie tot de beleidsvoornemens. 

In de Woo is niet alleen een inspanningsverplichting tot actieve openbaarmaking opgenomen (artikel 3.1 Woo), maar wordt ook voorgeschreven dat bestuursorganen bepaalde documenten binnen een voorgeschreven termijn in ieder geval uit eigen beweging openbaar moeten maken (artikelen 3.3 en 3.3a Woo).

Op 23 december 2022 heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de voorzitter van de Tweede Kamer geïnformeerd over het stopzetten van het programma PLOOI in de huidige vorm. Ze volgt hiermee het advies van het adviescollege ICT-toetsing (AcICT) van 28 november 2022 op. Dit betekent concreet dat de plicht tot actief openbaar maken nog niet in werking treedt. De verwachting is dat voor de zomer 2024 meer duidelijkheid komt hoe en op welke wijze de plicht tot het actief openbaar maken in werking gaat reden.

Implementatie van de wet
In 2023 is er verder aandacht besteed aan de implementatie van de Woo door het samengestelde projectteam. Binnen de gemeente Nunspeet is een goede basis gelegd voor de implementatie van de Woo. Er is een platform gecreëerd, er zijn trainingen georganiseerd en de categorie Woo-verzoeken wordt actief openbaar gemaakt op de Woo website. De focus ligt nu op het verder uitbreiden van de categorieën die actief openbaar gemaakt moeten worden. 

Passieve openbaarmaking
De Wet open overheid is de opvolger van de Wet Openbaarheid van Bestuur (Wob). Op het gebied van passieve openbaarmaking (Wob- of Woo verzoeken) kent de Woo de nodige veranderingen ten opzichte van de Wob. De belangrijkste wijzigingen zien op de wijze van indiening van een verzoek, de termijnen bij precisering van een te algemeen verzoek en de beslistermijn. Tevens bevat de Woo een antimisbruikbepaling en wordt in de Woo voorgeschreven dat bestuursorganen een contactpersoon aanwijzen voor vragen over de beschikbare informatie.

In 2023 zijn er 38 Woo verzoeken ingediend en 4 zienswijzen. Deze verzoeken zagen op verschillende thema’s waaronder vergunningen en bouwplannen, aanrijdingen van wild en ruimtelijke plannen. De verzoeken waren verschillend in omvang. Zo zaten er verzoeken bij waarbij er enkele documenten (o.a. correspondentie, offertes, facturen etc.) werden opgevraagd, maar ook verzoeken waarbij er tientallen tot wel duizenden stukken werden opgevraagd. 

Actieve openbaarmaking 
De gemeente Nunspeet maakt al informatie actief openbaar van de benoemde 11 informatiecategorieën. De openbaarmaking vindt plaats via diverse kanalen, dit zal voor de Woo op een centraal kanaal moeten gaan plaatsvinden. Het implementeren van de Woo is een veranderopgave met een belangrijk gedragscomponent. De medewerkers zullen invulling gaan geven aan het openbaar maken van informatie. Zij dienen bij de creatie al rekening te houden met een eventuele publicatie op een later moment. Tijdens de implementatie zal er aandacht besteed moeten worden aan deze beoogde verandering. Hiervoor zal een bewustwordingstraject worden opgestart met o.a. workshops en trainingen over de wet.